- 2 - Nadat we het hierover eeri3 geworden waren kwam het probleem welke fracties er wethouders zouden moeten leveren De G.D.F. eiste voor zich als grootste partij één zetel op, terwijl het probleem was wie de op één na grootste fractie in deze raad zou zijn. Aan de ene kant hadden wij de Partij van de Arbeid, die bij de verkiezing als op één na de grootste partij, gezien het aantal stemmen, uit de bus was gekomen aan de andere kant was er door een fusie van de twee Katholieke groeperingen van de heren Fakkers en Kanneken3 een fractie van drie zetels ontstaan, die toen de op één na groutste fractie was in de raad. Hierna begonnen pas de problemen. De G.D.F. bracht als haar kandidaat naar voren de heer Evers, de Katholieke groepering van de heer Kannekens kon uitsluitend een katholiek naar voren brengen. Deze twee standpunten bleken in de praktijk over- zoenlijk te zijn. In de genoemde besprekingen zijn als kandidaten naar voren gekomen, de heren Fakkers, Evers, Bos en van Dueren den Hollander, terwijl de heer van der Werf ook de wens te kennen had gegeven voor een wethouderszetel in aanmerking te wil len komen. De heer fAjnters heeft zich toen niet verkiesbaar gesteld. Wij konden het in deze bespreking niet eens worden; er waren twee standpunten, die dus niet te verenigen waren één wethouder van de G.D.F. van Katholieke huize en één wethouder uit de Katholieke groepering Kannekens. Het was duidelijk dat degenen die vonden dat de fractie Kannekens de op één na grootste fractie was geworden er naar streefden een protestantse wethouder uit de G.D.F. naar voren te brengen. Bij de verkiezing is gebleken dat de heer Fakkers op een gegeven moment zes van de elf uitgebrachte stemmen behaeld heeft. Hij wil wel uitdrukkelijk verklaren dat hij aan de gemeente—secretaris gevraagd heeft of alle stemmen door hem ge controleerd zijn en dat deze hier volmondig "ja" op geantwoord heeft. Deze zes stemmen hielden wel in dat er uit de groepering van de C.D.F. en de Partij van de Arbeid, die waarschijnlijk samen gegaan was, één stem op de heer Fakkers gekomen was. Het gevolg was dat degenen die meegeholpen hadden de heer Fakkers te stemmen eigenlijk geen keuze meer hadden en verplicht waren de heer van Dueren den Hollander te stemmen als de enige protestante kandidaat uit de C.D.F. Wij waren dan ook enigszins verbaasd om ineens het grote aantal stemmen op de heer fAjnters te zien. Op zich zelf was dit geen probleem maar we staan nu weer voor de keus van een wethouder. Wanneer de C.D.F. vertegenwoordigd zal worden in dit college van b. en w. - en daar heeft het recht op - dan moeten wij dus weer kiezen tussen één van de twee protestante kandidaten uit die groepering. Hij wil daarom graag van de zijde van de C.D.F. vernemen hoe de positie van de heer van Dueren den Hollander op dit moment is. Hij blijkt dus bij de vorige ver kiezing een eigen koers gevaren te zijn. Dit punt is des te urgenter omdat de kandidatuur van de heer Munters voor verschillende: leden van de raad problemen met zich meebrengt. De heer Munters vervult in het maatschappelijk leven velerlei functies, hij is dijkgraaf, voorzitter van de ruilverkavelingscommissie, voorzitter van een school bestuur, voorzitter van de bejaardenstichting "de Fendertshof" en daar zijn nog meer functies. Wij zijn van mening dat deze functies herhaaldelijk tot belangen botsingen kunnen leiden. Wij moeten er naar streven een dergelijke tegenstelling van belangen, wanneer die op een gegeven ogenblik bij elkaar komen, trachten te voorkomen. Wanneer het Waterschap "De Striene" problemen heeft zal het uitermate moeilijk zijn op een gegeven moment vast te stellen welke belangen gediend worden. Als het schooloestuur een aanvraag om subsidie bij de gemeente indient zou de wethouder in dit geval een advies aan de raad moeten geven. HJJ zou daarom ook graag horen, mede gelet op de sterke^antipathie tegen machts streven dut zich dus b.v>ein het N.K.V. geuit heeft-Hi-3' denkt hierbij aan de uitlatingen van de heer Martens-of de leden van de C.D.F. een dergelijke belan gen- en machtsconcentratie toestaan.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1974 | | pagina 125