Voorts heeft Roosendaal nooit voor zich gattiat, aliaen maar betaald en gegeven. Als voorbeeld haalt hij da kwestie van het Merk-Vliet-kanael aan. Nooit heeft Roosendaal ir. deze van de andere gemeenten steun gevraagd. Aansluitend aan de woorden van burgemeester Godwaldt betoogt burgemeester van da Laar, voorzitter van de Regio Bergen op Zoom, dat we in de huidige samenleving tot giftere kaders moeten komen om bepaalde belangen te kunnen behartigen. Een nostalgie naar het vroegere is te begrijpen, «aar er is niet aan te ontkomai. Eigenheid gaat verloren, doch er is niets aan te doen. De stap moeten wij zetten. Hij memoreert dat Fijnaart toch in eerste instantie de regeling vastgesteld heeft, alleen toen hat op het scnrappen van de naam "Rucphen" op aan kwam is het moeilijk geworden. De vermeende dominantie van de grata gemeenten licht hij als volgt toe. Mat betrekking tot het presidium vestigt hij nog eens de nadruk erop dat dit voorlopig bij de grootste gemeenten is terecht gekomen. Dit is alleen geschied om ts kunnen aanvangen mot de regeling. Heeft de start eenmaal plaatsgehad en functioneert de regeling dan wordt dot presidium door de gewestraad geregeld. Wat de administratie oet.reft moeten we niet vergeten dat de grootste gemeen ten dit tot nu toe hebben verzorgd omdat het apparaat daartoe in die gemeen ten aenwezig is. HBt ligt in de bedoeling dat het gewest te zijner tijd son eigen apparaat krijgt. Voorts moet men - wet de invloed van de grote gemeenten aangaat - niet het adviescollege van de - in oorspronkelijke opzet - 18 burgemeesters vergsten. Hier staan de kleine gemeenten gunstiger tegenover de groten. Deze 18 burgemeesters vormen een belangrijk tegenwicht om eventuele dominan tie van de groto gemeenten tegen te gaan. De afwijzing door Rucphen is geschiad op 2 juridische puncen. Het eorste betreft hat doel ven de gemeenschappelijks regeling. Volgens da wet zou sr naar de zienswijze van Rucphen maar één doel voor de gemeenschappelijke regeling mogen zijn, terwijl de regeling streskgawest meerdere doaleina&r. kenc. Als dit waar zou zijn - aldus burgemeester van d& Laar - dan zijn er legio gemeenschappelijke rogslingon onwettig. Op da provinciale griffie is deze on wettigheid niet opgevallen. De burgemeester heeft ook oa indruk dat wanneer duidelijk blijkt dat die wettelijke bezwaren niet aanwezig zijn, Rucphen alsnog zal toetreden tot dg regeling. Het fcwsada juridische punt is de overdracht van bevoegdheden. Dit bezwaar ziet hij ook niet. Van feitelijke overdracht is geon sprake. Overdracht kar. alleen met algemene stemmen, niet alleen ven de gewestraad maar ook van alle gemeenteraden. Dit ia een absoluut veto-recht voor de gemeenten. Het ontwikkelingsprogramma is meer een intentieverklaring, waarbij iedere gemeente zich kan verzetten bij de vaststelling erven. Een beroepsprocedure bij de vaststelling is in deze regeling ingebouwd. Hij ziet niet in dat bij aanvaarding van de regeling ean kleine gemeente zich om hals brengt. Ook is hier geen sprake van een vierde bestuurslaag. Zulks zal wel het geval zijn als er de Gewestwet is tot het instellen ven gewesten met eigen bevoegdheden en met rechtstreeks gekozen bestuurders. Op de vraag van de heer Nuiten wat er gebeurt als Fijnaart weigert de naam "Rucphen" te schrappen, betoogt burgemeester van de Laar varder, dat burge meester en wethouders dat nl voldoende duidelijk hebben uiteengezet. Hijzelf antwoordt echter' verder nog dat, als Fijnaart weigert, de hBle vaat- stsllingsprocedure met de 16 overlgB gemeenten woer opnieuw moet beginnen, nu om de neem "Fijnaart en Heijningen" te schrappen. Iets dergelijks zou hij ten zeerste betreuren. Als Fijnaart vanavond kan besluiten de naam "Rucphen" wbI te schrappen, dan is er door 1? gemeenten san besluit genomen. De goed keuring van Gedeputeerde Staten wordt dan gevraagd. Na die goedkeuring zal

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1973 | | pagina 126