- 13 - 12. Voorstel beschikbaarstelling krediet voor de beplanting/71e wijziging ge meentebegroting 1971 29e wijziging begroting woning-grondbedrijf 1971. De heer Bos; Voorzitter, natuurlijk gebeurt het dat het groen op deze wijze schade oploopt, maar ik zou bijna willen zeggen vragen we er niet een beetje om. Want wat ik steeds in al die bestemmingsplannen mis is een open stuk grond waar de jeugd nu eens echt kan ravotten en waar ze kunnen graven en waar we voor mijn part dode bomen zetten waar ze in kunnen snijden en waar ze in kunnen klimmen, dan zullen ze waarschijnlijk van de levende afblijven. De voorzitter: Ik ben heel blij met Uw vraag. Ik heb precies dezelfde vraag aan de directeur gemeentewerken gesteld en ik neem aan dat hij nu popelt om U een overduidelijk antwoord te geven. De heer van Dueren den Hollander: Ik ben het helemaal eens met de vraag van de heer Bos, tenzij er eon ander antwoord komt. Want ik geloof dat we onze jeugd de ruimte moeten geven waar ze kunnen ruïneren als het moet. Maar aan de andere kant constateer ik toch ook, en ik geloof dat daar de grote fout ligt, dat wij wat jeugd hebben die door de ouderen er niet op gewezen wordt hoe funest het is b.v. om zo met dat levende materiaal om te gaan. Dat mag toch ook weieens een keer gezegd worden. Ik geloof dat we daar duidelijk de ouders op moeten wijzen, want anders kunnen wij aan de gang blijven met voteren. Ik zie namelijk dat men het niet doet om te relaxen, om los te komen, maar soms gewoon uit baldadigheid. Ik heb toen ik dat eens zag er geen bij zijn jas kunnen grijpen. Dat lukte mij niet. De heer Kannekens; De heer van Dueren den Hollander is mij al een beetje voor geweest over hetgeen ik or over zeggen wilde. Maar ik wilde toch nog wel iets over de beplanting zolf zeggen. Ik ben zelf niet zo'n goede bomenkenner, maar ik ben bij een deskundige te rade geweest. Zeer jammer is het natuurlijk dat ze zo bewerkt worden, zoals ze er nu bij staan. Ik geloof dat hot goed is dat we met de beplanting, die we zelf aanleggen re kening houden welk soort bomen we nemen. Want de bomen, die werkelijk dood gegaan zijn, die hadden dan toch zonder besnoeiing of zonder iets ook nog niet zoveel kans van slagen gehad. Want het schijnt te zijn, volgens de deskundige dat het niet het juiste merk bomen is dat geplant is.Als dan toch dit merk bomen geplant wordt dan zou er wel rekening mee gehouden moeten worden dat die in deze grond heel slecht in de vat komt. De heer van der Werf; Mijnheer de voorzitter, ik zou het college van burgemeester en wethouders aan willen raden om die voortuintjes bij de woningen zelf tc doen. De praktijk die leert in Fijnaart dat in de voortuin tjes, voor de woningen, die door de bewoners zelf onderhouden en beplant worden, geen vernielingen worden aangericht. Ik heb het stuk ook in de pers gelezen over de bewoners van de Rode Kruisstraat. Ik geloof niet dat wij dat de bewoners van de Rode Kruisstraat precies helemaal toe moeten rekenen. De heer Muiten: Ik wil er aan toevoegen dat wij in die beschouwing niet alleen aan de jeugd de schuld moeten geven. Ik heb zelf ook enkele keren gezien dat er zelfs ouderen bezig waren. Dat wil ik hier toch wel even in het midden brengen De heer Fakkers; Mijnheer de voorzitter, ik heb twee bijzonder goede voor stellen eigenlijk al gehoord. Een van de heer Bos, die zegt speelveldjes aanleggen en een andere opmerking hoorde ik van do heer van der Werf over tuintjes in eigen beheer. Ik dacht dat het al goed in de richting komt van misschien een redelijke oplossing. Om nu weer 1.200,uit te gaan geven voor groenvoorziening, die naar mijn mening in deze tijd beslist broodnodig is, vind iK toch wel dat we ook moeten proberen om de oorzaken, die er zijn, weg te nemen. Als we die weg kunnen nemen door speelvelden

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1971 | | pagina 219