aantal argumenten aan die zo bijzonder sterk zijn en zo bijzonder goed, dat het me allacri maar kan verbazen dat die laatste twee drie zinnen er in komen, om toch maar te adviseren om aan te sluiten. Hot meest geschrokken ben ik eigenlijk nog van het feit dat de hoer Nijhoff uitdrukkelijk stelt - cn ik meen terecht - dat de prijs, dia nu bepaald wordt voor de gemeente op een kwartje por inwoner, straks - gezien het uitgebreide apparaat van de gemeenschappelijke regeling - op een gulden komt te liggen. Dat zou in houden dat de gemeente Fijnaart en Heijningen dan ruim 5.000,gaat uit geven. Ik zie er dat toch wel van groeien om de doodeenvoudige reden dat als we eenmaal het principebesluit genomen hebben af een besluit om er aan deel te nemen, we er dan de eerste tien jaar niet meer vanaf kunnon. Dan zitten we er aan vast en dan komen tussentijds die verhogingen. Het algemeen be stuur wordt gevormd door de burgemeesters, niet door de commandanten. De regionale commandant krijgt het voor het zeggen. De heer Nijhoff karakteri seert het dan heel goed door te zeggen dat de commandanten geen inspraak hebben, die is weg. Gezien het rapport van de heer Nijhoff, die veel technischer is op dit hele gebied, en gelet op het feit dat onze brandweer bekend staat als mee van de besten in deze Westhoek die altijd bijzonder snel bij een brand is en zelfs heel leuk kan blussen als er toevallig een voor de sloop bestemde schuur de lucht in gaat voel ik er bitter weinig voor.Dat de regio zich maar bezig gaat houden met belangrijkere zaken op het gebied van de planologie en de milieu-verontreiniging. Dat lijkt mij meer de taak van de regio en wat dat betreft ben ik heel gelukkig met het "Nieuwe West-Brabant", het rapport dat verschenen is door de Stichting Overleg- en Informatiecentrum West-Brabant. De voorzitter; In de eerste plaats het advies van mijnheer Nijhoff. Ik heb de heer Nijhoff gevraagd een advies te schrijven en hij heeft in een gesprek met mij eigenlijk niet die bedenkingen geuit, die hij tenslotte wel in zijn advies heeft geschreven mogelijk had ik hem dan wat diepere dingen gevraagd om hem te overtuigen. Hij was er zónder meer vóór, dat er een regionale brand weer moet komen. Niet omdat wij het perse nodig hebben, maar eenvoudig omdat het helemaal in de ontwikkeling ligt opgesloten. Dat is ook eigenlijk het enige en belangrijkste argument waarom wij er mee komenAls je met de ene mond belijdt dat je iets aan de regio zou willen gaan doen en met de andere mond deins je terug voor de consequenties, dan weet ik niet of je je rol in de regio waar maakt. Daarom zijn wij bij U met het voorstel gekomen. Wij zien het niet als iets meer dan een gecoördineerde melding en een poging om in brandweerzaken tot een betere en meer geregelde samenwerking en communi catie te komen. Meer zien wij er niet in. En, ik kom er straks op terug, meer willen wij er niet in zien. Mijnheer van Dis, mijnheer Bos en mijnheer van Dueren den Hollander, kunnen die drie gemeenten nu niet wachten? Ja, dat had ik ook wel gewild. Maar dan moet niet êên gemeente wachtenEón gemeente is inmiddels aangesloten en de tweede zal stellig volgen. Dan staat U met recht alleen. Dus, mijnheer van Dis, kunt U mij misschien in tweede instantie antwoord geven op de vraag wat er in de nieuwe gemeente nog te besluiten valt als het grootste gedeelte van die nieuwe gemeente eenvoudig bij de regio Roosendaal in deze gemeenschap pelijke regeling voor de brandweer blijkt te zitten. In het overlegorgaan is deze vraag gesteld. Het spijt mij dat het in het overlegorgaan, alvorens toe te treden, niet wederom onderwerp van overleg heeft uitgemaakt. Men is toe getreden en wij zijn, omdat Uw raad hoeft besloten de toetreding tot de regio te billijken, daar ook in mee willen gaan. Dus ik hoop toch echt dat U dat in tweede instantie nogeens rustig overweegt. Ik heb, mijnheer Fakkers, n.l. wel een tussen-oplossing gevonden, dacht ik, om U dat gemakkelijker te maken, want naar het bezwaar van de heer Fakkers heb ik met de meeste aan dacht geluisterd. Het meest fundamentele bezwaar betreft namelijk de kos ten. Dan kan ik U natuurlijk wel zeggen dat dat wagentje van algemene hulp,

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1971 | | pagina 182