Mijnheer van Dis, ik heb ook niet gezegd dat dit een verordeninr is die wij maken voor anderen. Ik heb er alleen op gewezen dat deze wet ook geldt voor mensen, en dat weet U ook wel, en dat zijn er nogal wat, die vanuit andere gemeenten l-iier komen. Hoogst waarschijnlijk, zo niet zeker zal dezelfde wet ook in omlig gende gemeenten, en zelfs in heel Noord-Brabant gaan gelden. De mobiliteit wordt steeds groter, zeker op het punt van dit onderwerp, het gaat namelijk om auto's, die van de ene plaats naar de andere plegen te rijden. Het is dan een hele wijze bedenking geloof ik als ik zeg: "vier hier Uw autonomie niet te zeer bot". Verder ben ik het roerend met U eens, dat U de verantwoording draagt voor deze wet Ik heb begrepen dat mijnheer Bos aan het 1e artikel niet meer zo trekt. Mijnheer Dos is cr toch nog iets dat U wilt handhaven, of bent U met de beantwoording tevreden gesteld? De heer Bos; Voorzitter, wat moet ik daar nu van zeggen? Ik zal het U met een voorbeeld duidelijk maken.Er is bij het politiekorps, dat onder deze gemeente valt, een ambtenaar die er zich voor uitgeeft bijzonder goed met de verkeerswetgeving op de hoogte te zijn, en die er op uit is om te kijken of een melkboer nu al dan niet ruiten in zijn bestelwagen heeft enz.Wanneer hij dit artikel 3 leest, dan geeft hij die man een bekeuring, en dan kunt U zeggen: "het staat in de notulen". U kunt lezen als of er staat: "het is aan ieder, die er zijn bedrijf van maakt voertuigen te herstellen, verboden 3 of meer voertuigen waarvan redelijkerwijs is aan te nemen, dat zij hem toebehoren of zijn toevertrouwd, bij elkaar op de weg te parkeren". De voorzitter: Ik wil U nogmaals zeggen. Ik acht niet te vallen onder het be grip "toevertrouwde" of "toevertrouwen", iemand die daar normaliter zijn wagen zou kunnen parkeren, die dat nu doet tevens met de bedoeling om tijdens die parkeertijd een kleine reparatie te doen uitvoeren. Het is helemaal niet erg. U stelt voor om van: "één half uur vergen" twee uur te maken? Is er iemand dio dit voorstel ondersteunt? Pfi heer van DisIk had eerst nog een andere vraag. Do voorzitterMaar we hadden de beraadslaging afgesloten. Dan nu voor de aller, aller laatste keer, mijnheer van Dis. po _heer van DisArtikel 3 punt 1, Wie stelt daar vast of het hinderlijk is voor de bewoners? w - Dp. P.eP.r D°3; Do rechterlijke macht, Pp-.'lPPP yan DisMaar dan moet er eerst een procesverbaal van opgemaakt worden. De heer Bos: Ja. Pp, voorzitter: U hebt Uw vraag gesteld en U hebt antwoord gekregen. Het is inderdaad juist, U maakt de wet, dat is de norm. De ambtenaar belast met het opsporen van strafbare feiten ontvangt van Uw raad de norrr t,n die gaat die norm interpreteren en zeggen; "hier wordt de norm overtreden, of niet". Hij maakt procesverbaal op. Verder hoort die ambtenaar niets, zelf niet of er vervolgd wordt, of er gestraft wordt. Het procesverbaal komt in handen van de Officier van Justitie en die beslist of er vervolgd wordt, of dat er geseponeerd wordt. V.'ordt er vervolgd, dan gaat hot naar de rechter, tenzij er een schikkingsvoorstel komt, en de betrokkene daar op ingaat, en die zal dan al of niet een straf op leggen, De rechter is degene, die uiteindelijk bepaalt of er sprake is van hin- delijk parkeren ja of nee. Ik weet zeker dat uit deze Algernons Politieverorde ning zoniet in onze, dan in andere gemeenten, een vloed van jurisprudentie te voorschijn zal komen.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1970 | | pagina 56