- 6 - uit gegaan dat het nog geen vaste zaak was, dat die Fa. Verhagen door deze prijsopgave ook de toewijzing krijgt. Aan de andere kant kan ik mij aanslui ten bij de woorden van collega Kannekens om zulke grote werken binnen onze gemeente te houden en onze eigen aannemers, al dan niet enkelvoudig of ge combineerd, een kans te geven om dit te bouwen. Ik zou zeggen geef ze voor elk project een kans en dan kunnen ze zelf zeggen: 11 wij kunnen dat aan, of wij kunnen dat niet aan". We moeten het onverkort en zo snel mogelijk gaan reali seren anders worden we binnen eon aantal maanden weer voor andere cijfers geplaatst en dat zou funest zijn. Dit neemt niet weg dat wij mogen filosoferen over cijfers en verschillen, die daardoor zouden kunnen ontstaan in de min dere, in de vervelende zin dat het goedkoper kan en dat we het met z'n allen als raad, ook het college, goedgekeurd hebben. Logisch toch, geloof ik, dat ik die waarschuwende vinger op moet heffen dat we zo snel mogelijk tot die daad moeten geraken omdat we anders straks, met z'n allen pratende, ons in de nesten hebben gewerkt en voor een ander beeld komen te zitten. Ik neem voorshands aan,en dat moet ik aannemen, als het straks anders zou zijn dan zou ik veel harder op de ketting springen, dat U met de meeste spitsvondig heid Uw berekeningen opbouwt, Uw verzoeken richt en Uw verzoeken ook inhoud geeft, ook bij het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Want zo alleen kunnen we van die kant de zaak binnenhalen. Dat was meer een beschouwing, voorzitter, een aanvechting. Toch zit er misschien voor deze en gene nog iets in, al is het maar een kleinigheid. De heer Bos: Voorzitter, ik sluit me bij de woorden van collega van Dueren den Hollander aan. De heer van Dis: Mijnheer de voorzitter, wanneer ik lees in het voorstel dat terwille van de subsidie een dorpshuis gebouwd moet worden in een hogere inwonerscetegorie,dan wil het mij voorkomen of alles meer een irreële kant uitgaat. Onze gemeente telt 5300 inwoners en het hele geval is gepland op een inwonertal van 7.000 tot 8.000 inwoners. De cijfers, welke in het raads voorstel en in de bijbehorende stukken zijn weergegeven bieden mij te weinig zekerheid. Men verwacht wel en hoop, b.v. op een subsidie van de provincie van 15.000,doch dit biedt nog geen enkele zekerheid. Verder, mijnheer de voorzitter, is het een object van 800.000,U en de secretaris zijn tegelijk voorzitter en secretaris van deze stichting. Ik vraag me af om een objectief oordeel te vormen of deze functies wel verenigbaar zijn. Ik dacht van niet. De heer van der Werf: Mijnheer de voorzitter, ik wil mij ook aansluiten bij hetgeen mijnheer van Dueren den Hollander heeft gezegd. Ik zou zeggen we moeten de meeste spoed betrachten die we maar kunnen. Als we dat niet doen dan krijgen we straks wijziging op wijziging in de gemeentebegroting. En ik zou het jammer vinden dat we straks nog een keer een zo groot bedrag beschik baar moeten stellen orn dit dorpshuis van de grond te krijgen. De voorzitter:Mijnheer Fakkers, U zou me in het vervolg een groot plezier doen als U zulke vragen hebt, die een antwoord moeten hebben, want het zijn goede vragen, om ze gewoon even iets vóór de raadsvergadering te geven dan kunnen ze allemaal zeer duidelijk beantwoord werden. Dat staat a priori als een paal boven water. Als ik er niet uitkom dan wil ik desnoods de verga dering schorsen om U die antwoorden te geven. Dat U zo diep in de stukken duikt is goed. Nogmaals,het is geen wet. Het is een algemene vraag, een advies. Het hoeft niet, maar dan krijgt U gewoon een beter antwoord. Die brief die U voortdurend citeert, die ligt er bij en dat is ook een ant woord op de vraag van de heer van Dis. Wij zijn hier gedwongen om een dorpshuis te laten bouwen door een stichting. Dat is niet de wens van de gemeente, ook niet van de kerken, zelfs niet van de verenigingen, dat is gewoon een eis van het Ministerie. Er is hier lang over gepraat in deze raadsvergadering. Ik had het dorpshuis zelf liever gebouwd met een com missie ex artikel 61 der gemeentewet, dan was de financiële verantwoor-

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1970 | | pagina 260