c
i
- 7 -
De meeste bejaarden zijn voor het dragen van deze emmers bepaald niet meer
geschikt. Mag ik U verzoeken hieraan alle aandacht te besteden?
Voor wat de reinigingsrechten betreft worden de aanslagen wel op de gebrui
ker verhaald, waarom niet de riool- en straatbelasting?
Mag ik U vriendelijk verzoeken bij het uitblijven van de nieuwe wet tot verrui
ming van het gemeentelijk belastinggebied hier dan toch de nodige aandacht
aan te besteden?
Sport en spel.
Mijnheer de voorzitter, veel is er het afgelopen jaar gedaan aan het nieuwe
instructiebad en naar wij hopen zal dit in het komende begrotingsjaar geopend
kunnen worden. Toch heeft onze fractie nog wensen.
Hoe staat het met de realisering van de ijsbaan? Wordt daar nog voldoende
aandacht aanbesteed en niet op de lange baan geschoven? Zou het niet mogelijk
zijn om - desnoods intergemeentelijk een ontspanningscentrum op te richten
in de omgeving van de Amer? De ligging is mooi centraal en de mogelijkheden
groot. Tevens vraag ik mezelf af of de tijd nog niet is aangebroken om een
tweede gymnastieklokaal te bouwen.
Dan tenslotte nog even het industrieterrein. Dat de verkoop van het industrie
terrein een goed verloop heeft gehad is ons allen bekend. Dat U daar met Uw
college hard aan gewerkt hebt, moge hier wel even worden aangehaald. Hiervoor
namens onze fractie hartelijk dank voor Uw inzet, Uw inzicht en Uw krachtsin
spanning.
Dat deze gunstige ontwikkeling zich zo moge voortzetten en dat de vruchten
van deze werkwijze nog vele jaren onze gemeente mogen sieren is onze wens.
Moge tot slot, mijnheer de voorzitter, Uw college het gegeven zijn dit jaar
onder Gods zegen en in goede gezondheid Uw werk uit te voeren tot welzijn van
geheel onze bevolking.
De voorzitter: Wie mag ik nog meer het woord verlenen? Niemand meer?
Ik zal trachten de vele vragen te beantwoorden. Ik vraag U wel begrip voor
dat er zoveel vragen zijn gesteld. Mocht ik er bij de beantwoording niet zo
uitvoerig op ingaan, dan komt dat omdat ik in mijn Nieuwjaarsrede - die ik
wil uitspreken nadat alle punten van de agenda zijn afgehandeld - er nog iets
over wil zeggen.
In de eerste plaats, mejuffrouw, mijne heren, wil ik even inhaken op de wooio-
den van dank, die door U zijn geuit. Het college en ik persoonlijk zijn U er
dankbaar voor en wij zullen zeker deze dank overbrengen aan de ambtenaren,
met name ook aan diegenen die ziek zijn en wel in het bijzonder aan onze secre
taris, die nog niet geheel hersteld is. De gemeente—secretaris heeft de
laatste weken zijn werk wel weer gedeeltelijk hervat. Hij komt vrij regelmatig op
het gemeentehuis en voor de rest werkt hij thuis aan de vele projecten, waar
voor het gemeentehuis nu niet de rustigste plaats is. Wij zijn daar bijzonder
dankbaar voor en wij hopen dat het zich alleen maar goed ontwikkeld.
Mijnheer van der Werf, het resultaat van de gemeenschappelijke regeling Dintel—
mond. U zult zich herinneren, dat wij - toen wij Uw raad voorstelde daarvoor
een crediet uit te trekken - hebben gezegd daar nu geen directe concrete re
sultaten van te zullen verwachten. Maar als we dan nu terugkijken, dan mogen
we toch zeggen, dat die er wel degelijk geweest zijn, We hebben alles bij elkaar
zo'n zesmaal vergaderd en daarbij zijn tal van onderwerpen de revue gepasseerd.
Ik noem U het gesprek over eventuele uitbreiding van Dintelmond. Daar is zeer
uitvoerig over van gedachten gewisseld en wij zullen zeker proberen deze con
tacten uit te breiden, misschien wel in zeer nauwe samenwerking met onze
buurgemeenten. We hebben gesproken over de woningbouw en over gemeenschappe
lijke woningbouw. Dit laatste was weer een punt, dat wat minder positief werd
benaderd, in die zin, dat men er niet zoveel voor voelde om deze woningbouw
gemeenschappelijk te doen plaatsvinden, wat ons college eigenlijk wel wilde
voorstellen. Maar misschien komt dat ook nog eens.