GEMEENTE FIJNAART EN H E IJ N I N G E N
Voorstel tot het beschikbaar stellen van een crediet Raadsvergadering
ten behoeve van het maken van een afvalwaterstudie 30-6-1969 nr. 10
en een rioleringsplan.
26 e wijziging gemeentebegroting 1969;
14e wijziging begroting woning-grondbedrijf 1969,
Aan de raad, 9 juni 1969.
Het waterschap "De Striene" heeft bij haar besluit van 26 november 1959,
V.nr, 71, deze gemeente ontheffing verleend van de verbodsbepaling vervat in
artikel 4 van de verordening betreffende de waterhuishouding in de provincie
Noord-Brabant 1946, behoudens ieders recht en tot wederopzegging voor het
afvoeren van gemeentelijk rioolwater in de Westkreek. Eén van de voorwaarden
waaronder deze ontheffing werd verkregen is dat indien de lozing naar het
oordeel van het dagelijks bestuur van het waterschap, aanleiding geeft tot
ontoelaatbare verontreiniging van het water in het waterschap "De Striene",
de ontheffinghouder verplicht is, op eerste aanschrijving van het dagelijks
bestuur en binnen de daarbij gestelde termijn de door dit bestuur noodzakelijk
geachte maatregelen en voorzieningen te treffen.
Sindsdien is door het waterschap herhaalde malen gewezen - ook via de
Gedeputeerde Staten - op de ontoelaatbare toestand die is ontstaan door de
lozing van rioolwater in de Westkreek door de gemeente. Het bestuur van het
waterschap dringt er dan ook met klem op aan op korte termijn voorzieningen
te treffen waardoor aan de verontrustende vervuiling van het oppervlaktewa
ter en de daardoor ontstane vissterfte een einde wordt gemaakt.
Daar wij ons zeer wel bewust zijn dat aan deze onhoudbare toestand zo gauw
mogelijk een einde dient te komen, hebben wij de Grontmij. N.V, verzocht zich
met de voorbereidende werkzaamheden van een rioolzuiveringsinstallatie en een
rioleringsplan te belasten.
De Grontmij. N.V. heeft ons naar aanleiding van dit verzoek het volgende
bericht,
□m te komen tot de bouw van een zuiveringsinstallatie dienen de volgende
werkzaamheden te worden verricht:
A. afvalwaterstudie, in samenwerking met R.I.Z.A. en Provinciale Waterstaat,
met als kernvragen:
1. moet er een zuiveringsinstallatie komen, zo ja
2. waar moet deze dan komen.
B. het maken van een rioleringsplan, dat als uitgangspunt dient voor de zui
veringsinstallatie. (Een volledig aangepast en uitgewerkt plan wordt ter
verkrijging van subsidie als eis gesteld).
Het huidige rioleringsplan dateert van 1956 en 1960. Hiervan is herhaal
delijk afgeweken, terwijl bovendien voor bestemmingsplan Westkreek een rio
leringsplan moet worden gemaakt. Bovendien is er in het oude riolerings—
plan van uitgegaan dat de zuiveringsinstallatie zou komen waar thans het
instructie—zwembad wordt gebouwd.