I
- 4--
2. Indien de vergadering op grond van het in het vorige lid bepaalde geen
doorgang heeft gevonden, wordt daarna een nieuwe vergadering opgeroepen.
Deze vergadering kan worden gehouden, ongeacht het aantal leden, dat
aanwezig is.
Artikel 12
1* Het aantal stemmen van elk lid c.q. plaatsvervangend lid van het alge
meen bestuur wordt berekend naar het saldo van de onafgeloste hypothe
caire leningen op 1 januari van het lopende jaar.
2. Het bedraagt bij een saldo:
a. tot en met 1.0D0.000,één stem per ƒ.100.000,of een gedeelte
□aarvan
b. boven 1.00D.0G0,tot en met 2,000.000,
tien stemmen, vermeerderd met één stem per 200.000,of een
gedeelte daarvan boven het aaldo van 1,000.000,
c. boven 2.000.000,
vijftien stemmen, vermeerderd met één stem per 500.000,of een
gedeelte daarvan boven het saldo van 2*000.000,
3. Elk lid van het algemeen bestuur heeft tenminste één stem.
Artikel 13
Het algemeen bestuur stelt, onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, een
huishoudelijk reglement vast, hetwelk geen bepalingen mag bevatten, welke
in strijd zijn met deze regeling.
III. Algemeen beheer
Artikel 14
1, Tot het algemeen beheer van het fonds behoren het verrichten van alle
handelingen en het aangaan van alle overeenkomsten, welke voor de be
vordering van de doelstelling van het fonds noodzakelijk, nuttig of gewenst
zijn.
2, Ten aanzien van de delegatie van bevoegdheden van het algemeen bestuur
aan het dagelijks bestuur is artikel 212 van de gemeentwet van overeen
komstige toepassing.
IV. Financieel beheer
Begroting
Artikel 15
1, Tot grondslag van het financieel beheer van het fonds strekt een jaar
lijkse begroting.
2, Het dagelijks bestuur biedt de ontwerp—begroting met een memorie van toe
lichting vöór 1 juli van het jaar, voorafgaande aan het begrotingsjaar,
ter vaststelling aan het algemeen bestuur aan»
3, Het algemeen bestuur stelt vóór 15 juli daaraanvolgend de begroting vast
en zendt deze binnen 14 dagen daarna aan Gedeputeerde Staten ter goed
keuring en aan de besturen van de deelnemende gemeenten ter kennisneming,
4, Van het besluit van Gedeputeerde Staten tot goedkeuring van de begroting
geeft het dagelijks bestuur binnen een maand na entvangst kennis aan de
besturen van de deelnemende gemeenten.
Artikel 16
1. Buiten de begroting kan geen uitgaaf geschieden dan met voorafgaande
afzonderlijke machtiging van Gedeputeerde Staten.
