m GEMEENTE FIJNAART EN HEIJNINGEN Wijziging begrotingen in verband met de bouw van 3 woningwetwoningen. 14e wijziging gemeentebegroting 1969. 4e wijziging begroting gem. woning-grondbedrijf 1969, Raadsvergadering 27-3-1969 nr.10. Aan de raad, 11 maart 1969. In Uw vergadering van 30 december 1968 heeft U besloten 8 woningwetwo ninqen te bouwen en de voor deze bouw benodigde credieten beschikbaar e stellen, te weten 33.374,09 en 224.574,95, respectievelijk voor grond en bouwkosten der woningen. In ons voorstel, hetwelk tot dit besluit heeft geleid, deelden wij U reeds mede, dat de te dezer zake vast te stellen begrotingswijzigingen U zouden wor den aangeboden, zodra bekend zou zijn, dat de Minister met de stichtmgskosten aCCG°i^niddeis heeft de Minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening ons bij schrijven d.d. 28 februari 1969, kenmerk NV 3090-'69, doen weten, dat hij accoord gaat met het door ons ingezonden bouwplan van 8 woningen en dat voor de financiering en exploitatie de benodigde voorschotten en bijdragen zijn toegekend. De door de Minister aanvaarde stichtingskosten kunnen als volgt worden gespecificeerd basisbedrag grondkosten (8 x 4.158, renteverlies tijdens de bouw 12 maanden 5M) 33.264, 2.162,16 35.426,16 aannemingssom bouwkosten bouwkundige kosten van de centrale verwarming installatiekosten centrale verwarming installatiekosten centraal antennesysteem architectenhonorarium dagelijks toezicht onvoorziene uitgaven aansluitingskosten renteverlies tijdens de bouw totaal der bouwkosten 181.450,- 3.008,- 19.190,- 1.360,- 5.597,- 2.400,- 929,- 5.000,- 4.800,- 223.734,- Het verschil tussen de door de Minister en de door ons geraamde grond kosten vindt zijn oorzaak in het feit, dat de Minister zijn raming heeft ge baseerd op een normbedrag van 4.150,per woning, terwijl onze raming gebaseerd was op de werkelijke grondprijs van de gronden in plan Westkreek Bij de reeds eerder in dit plan gebouwde woningwetwoningen bleken de werkelijke grondkosten per woning hoger te zijn dan het door het rijk gehan- teerde normbedrag, doch bij de onderhavige meer-ruimtewoningen blijkt de zaa juist andersom te liggen.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1969 | | pagina 103