- 5 -
6. Sociale zorg.
Dat onze gemeente niet tot de welvarendsten in ons land behoort, is U
uit de werkloosheidscijfers al wel gebleken. Uit de cijfers over de verleen
de bijstand blijkt het opnieuw. Werd in 1966 gemiddeld per inwoner al ruim
10,aan bijstand uitgekeerd - exclusief die voor in tehuizen verpleeg
den - in het afgelopen jaar was dat meer dan 15,of in totaal
79.004,Ongeveer de helft van dat bedrag ging naar onze bejaarde me
deburgers. De bejaarden die toch nog altijd bij de reële welvaartsvermeein-
dering van de laatste 10 jaar zijn achtergebleven. Het is om die reden ver
heugend, dat zo velen in onze gemeente zich inspannen om voor de bejaarden
iets te doen. We denken nu niet alleen aan hen die dit vanuit hun beroep
willen doen, maar ook aan allen, die zich naast en na een drukke dagtaak
voor de ouderen willen inspannen. De bejaarden hebben de aandacht van ons
jongeren nodig. Pogingen om goed gecoördineerd en georganiseerd bejaarden-
werk op te zetten, zullen wij dan ook zo veel mogelijk steunen.
Hoe ook de sociale geaardheid van onze gemeente voor onze financiële
situatie gevolgen heeft zal U bij het volgende punt duidelijk worden.
7. Financiën.
De financiële moeilijkheden waarmede momenteel tal van gemeenten worden
geconfronteerd, liggen zowel op het vlak van de financiering van kapitaal
uitgaven als op het terrein van budgettaire "ruimte".
Voor onze gemeente kan ten aanzien van het financieringsvraagstuk ge
sproken worden van een vrij "gunstige" ontwikkeling in de loop van 1967, al
moet hieraan dan direct worden toegevoegd dat die enerzijds een gevolg is
van door de Rijksoverheid gehanteerde centrale financiering (alleen met
toestemming van de Minister kunnen bij de N.V. Bank voor Nederlandse Ge
meenten geldleningen worden aangetrokken]waardoor automatisch een rem
werd gezet ook op onze investeringsmogelijkheden en dat anderzijds boven
dien wegens gebrek aan middelen op onze gewone dienst het doen van kapitaal
uitgaven werd verminderd.
Door het sluiten van een aantal leningen in het vorige jaar ten be
drage van 1.4 miljoen en mede in verband met de opbrengst verkoop in
dustrieterrein "Dintelmond" is de situatie momenteel zo dat de gemeente voor
ruim 2 ton van vaste financieringsmiddelen voor het doen van directe inves
teringen is verzekerd. Dit,terwijl er gedurende enkele maanden in 1967 nog
een accuut financieringstekort was rond 1 a 1^" miljoen.
Deze gunstige ontwikkeling zal zich met de op handen zijnde verkopen
van gronden "Dintelmond" nog voortzetten.
Teneinde een inzicht te verkrijgen van de "investerings-activiteiten"
der laatste jaren volgt hieronder in aansluiting op het overzicht van vo
rig jaar een opgave van kapitaaluitgaven.
Jaar Bedrag der kapitaaluitgaven:
1956 tot en met 1961 (6 jaar)
3.432.906,73
1.506.310,09
934.929,24
1.273.095,95
4.502.020,54
2.719.716,97
1962
1963
1964
1965
1966
