NIEUWJAARSTOESPRAAK
uitgesproken tijdens de vergadering van de gemeenteraad der gemeente
Fijnaart en Heijningen op vrijdag 9 februari, om Q.00 uur, door de vooi>-
zitter.
Mejuffrouw, Mijne Heren,
De eerste maand van het nieuwe jaar is overstelpend druk geweest.
Zó druk, dat de tijd voor een terugblik en - wat erger is - een blik op de
toekomst er nauwlijks op overschoot.
De vermelding van een paar dingen uit het jaar 1967 en een enkel woord
over de toekomst machten toch naar ik meende op deze eerste vergadering van
Uw raad niet ontbreken.
Bevolking.
In 1967 overschreed het aantal inwoners dan eindelijk de 5148, cijfer
van ....1952; op 1 januari 1968 telde onze gemeente 5173 inwoners. In het
beeld van de laatste jaren is door deze stijging geen verandering gekomen.
Weer werd het minimale groeipercentage voor een gezonde gemeente, 1°/o, niet
gehaald. Weer overtroffen de 2G2 vertrokkenen de 175 binnengekomenen, zij
het in mindere mate dan zulks vroeger het geval was. Deze gunstigere, nade
lige verhouding vinden we ook bij de vertrokken en ingekomen manlijke be
roepsbevolking: 58 tegen 50. Er overleden in 1967 43 gemeentenaren. Zoals
vorig jaar was het sterftecijfer absoluut - 21 op 2G31 inwoners - en zeker
relatief het hoogst bij de Hervormde bevolkingsgroep, zodat het percentage
van die groep weer iets is gedaald, 39.3 (39,8), en dat van de Katholieke
bevolkingsgroep weer iets steeg, 51.7 (50.9). De Gereformeerde Kerken ble
ven practisch gelijk, 8.4 tegen 8.7.
Over het geheel genomen is onze gemeente géén "oude" gemeente. De be
volkingstelling laat een vrij evenwichtige leeftijdsverdeling zien. Het
percentage bejaarden (65 jaar en ouder) haalt de 10% (9.7%) niet. Er
trouwden danook in Fijnaart en Heijningen 44 paartjes. Weliswaar 9 minder
dan in 1966, maar méér gehecht aan deze gemeente. De grootste helft (23)
bleef hier. Andere jaren kunnen aan dit cijfer een voorbeeld nemen.
Spectaculaire stijgingen van het aantal inwoners verwachten wij niet,
hoewel enige invloed van de eerste vestigingen op Dintelmond niet is uit
gesloten.
Maar ook, indien dat niet zo is: vrede en geluk in huis hangen niet
van het aantal af. Misschien zal men veel later nog eens met weemoed te
rugdenken aan deze in groei zo rustige jaren.
Ruimtelijke Ordening.
Het streekplan "De West-Brabantse Riviermonden" werd dan in 1967 door
Provinciale Staten vastgesteld. Het standpunt van Uw raad en dat van het
college van burgemeester en wethouders ten aanzien van dit plan is bekend.
Wij zijn er niet gelukkig mee. Niet alleen, omdat het plan geen rekening
houdt met de verantwoordelijkheden, zoals die in onze streek nu eenmaal
blijken te liggen, ook niet alleen, omdat het plan een in onze Westhoek
centraal gelegen gemeente waar 86.5% van de manlijke beroepsbevolking in
loondienst pendelt, Fijnaart en Heijningen, als een agrarisch Emmeloord
(dat ook niet zo agrarisch is overigens) bestempelt, maar zeker ook, omdat
het plan een aanwezige basis voor samenwerking tussen nu eenmaal practisch
even grote gemeenten uitermate wankel maakte.
