- 11 - Indien U mij dit had gesuggereerd dan had ik dat gedaan. Ik mag vele initia tieven nemen, maar ik geloof, dat ik in zo'n zaak geen initiatief móet nemen, indien bij de plaatselijke bevolking daaraan geen behoefte blijkt te bestaan. Dp andere wijze hebben ze de slachtoffers wel herdacht, daar ben ik heilig van overtuigd. Als nu blijkt uit Uw raad - maar ik hoop dat U daar niet over behoeft te discussiëren, dat zij verre van ons - dat er prijs op gesteld wordt, dat wij voortaan deze dag, die voor onze gemeente zo rampzalig geweest is, te herdenken, dan kunt U van mij niet anders dan de grootste medewerking ver wachten. Ik heb eigenlijk met verbazing en met spijt gezien dat deze dag zonder meer voorbij ging. En ik heb heel bewust zelf niets gedaan. U ziet hoe verkeerd mensen elkaar kunnen begrijpen. Ik vind het spijtig van U, mijnheer van Dis, dat U dit in een openbare raadsvergadering zegt en dat U mij niet, als zgveel oudere, van tevoren heeft opgebeld, 24 uur voor de rampdag. Dat had ik dan werkelijk van U meer christelijk gevonden. Nogmaals, als U daar prijs op stelt, en met U de anderen, dan wil ik dat bijzonder graag doen. In het college van burgemeester en wethouders is het ook een punt van gedachtenwisseling geweest. De heer Bos: Ja, voorzitter, het is misschien niet prettig, maar ik wil er toch nog even iets aan toevoegen. Het zal U waarschijnlijk bekend of misschien ook niet bekend zijn, dat ik 5 jaar geleden persoonlijk het initiatief heb genomen om deze ramp te her denken. Dat is toen gebeurd op die 1e februari in het Pestalozzihuis.Daar .waren toen aanwezig burgemeester ter Haar, die uitgenodigd was, de predi kanten en de pastoor, die nog hier is. Het spijt me dat het niet is aangetekend. Toen is door Uw voorganger beloofd - en ik wil niet op U de schuld afschuiven - dat we iedere 5 jaar in het Pes- talozzihuis deze herdenking zouden houden. Omdat de organisatie moeilijkhe den opleverde voor één bepaalde persoon, heeft de gemeente het overgenomen en die zou dus deze herdenking verzorgen. Het was bijzonder moeilijk om iede]>- een een plaats te geven, die deze bijeenkomst wilden bijwonen. De voorzitter: Ik ben blij, dat U dit zegt. Ik wist dit.niet, mijnheer Bos. Het is mij ook niet verteld, maar ik hoop dat we dan nogmaals in grote eens gezindheid als raad moeten besluiten, dat wij deze ramp niet jaarlijks, maar wél om de 5 jaar moeten herdenken. Het wordt nu genotuleerd en dan wordt het onthouden. We doen het dan zolang als er mensen zijn die in hun persoonlijke kring slachtoffers hebben te betreuren. Want eens - dat zult U ook wel met me eens zijn - houdt dat toch vanzelf op. Ik zou ook wel eens reacties willen horen, niet hier uit de raad, maar in het algemeen, hoe U over de Dodenherdenking denkt. Ik ben er zelf weer mee begonnen, omdat ik het gewoon een onduldbaar iets vind - de Tweede Wereldoorlog heeft miljoenen slachtoffers geëist, en ook in het dorp naar verhouding veel mensen het le ven gekost - dat 4 mei voorbij gaat, zonder dat er iets aan gebeurt. Ik ben zeer benieuwd, ook van de jeugd, de jongeren zitten er nu bij, om eens te ho ren hoe men er over denkt en of men dat nu nog zinvol vindt of niet. Als men dat niet zinvol meer vindt - hoe jammer dat het ook is - dan moeten we ermee stoppen. Want als het een sleur wordt, voor enkele hoogwaardigheidbekleders en notabelen, dan is het middel erger dan het doel, dat je er mee wilt die nen. Dat zijn nu mijn overwegingen geweest om nu niets te doen. De heer Bos: Ik ben het volledig met U eens. Het is ook mijn bedoeling niet om iemand een verwijt te maken. Ik geloof ook niet, dat we hier nader op in moeten gaan.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1968 | | pagina 12