GEMEENTE FIJNAART EN HEIJNINGEN
TELEFOON (01686)3 50
POSTREK. ONTV. 1070871
HANDELINGEN VAN DE RAADSVERGADERING VAN DINSDAG 6 SEPTEMBER 1966.
De voorzitter; Ik open deze vergadering en verzoek U een ogenblik stilte in
acht te nemen.
1Beëdiging raadsleden.
De voorzitter leest art. 45 van de gemeentewet voor.
De voorzitter; We zullen nu overgaan tot het afnemen van de zuiverings-en
ambtseden en ik verzoek U daartoe allen van Uw zitplaats op te staan. U zegt
piij nu na als U de eed aflegt: "Zoo waarlijk helpe mij God almachtig, of als
U de belofte of verklaring aflegt: "Dat verklaar en beloof ik" en "Dat beloof
ik". Huibert van Dis en (toen op deze woorden stilte volgde) zegt U mij
maar na: "zoo waarlijk
De heer van Dis: Dat is fout. U moet eerst vragen of ik de eed wil afleggen
of de belofte.
De voorzitters Wat wilt U afleggen mijnheer van Dis?
De heer van Dis: De belofte.
De heer van Dis legt in handen van de voorzitter de verklaring en de beide
beloften af.
De navolgende leden leggen in handen van de voorzitter de zuiverings- en ambts
eden af: Lambregts, van der V/erf, van Dueren den Hollander, Bos, Haverkamp,
van Sprundel," Evers, Munters, van Hoof en mej. Verhagen.
De voorzitter: Ik dank U zeer en verzoek U plaats te nemen.
Mejuffrouw, Mijne heren,
Er zullen zeker meer gemeenten zijn waar vanavond de voorzitter de leden van
de nieuwe raad toespreekt. Ook ik wil dat graag doen. Gemakkelijk is dat niet,
en wel om een paar redenen. Voor de meeste leden van deze nieuwe raad is het
ambt, is het werk oud. Het is dan moeilijk iets nieuws te zeggen. Daar komt
nog iets bij. Ons publieke rechtsbestel is omgeven met waardigheid, een oude
v/aardigheid die van oudsher bij de overheid paste. Voor raadsleden, wethouders
raadsleden en voorzitter is de titulatuur "Edelachtbare"! Het wordt gemakke
lijk geschreven, maar het is een woord met grote inhoud: edel-achtbaarEen
raadslid legt bij het aanvaarden van zijn betrekking twee eden af. Welke func
tionaris buiten de overheidssfeer begint zijn werk zo? Welke bedrijfsleider
laat in het openbaar zijn "Zoo waarlijk helpe mij God Almachtig" horen? Waar
tooit zich de voorzitter van een raad van beheer met ambtsketen? Dat de woor
den, die bij gelegenheden als deze gesproken worden een zekere waardigheid in
zich plegen te hebben, is dan ook te verklaren. Nu kan men twee dingen doen,
en ook in die keuze school voor mij een moeilijkheid. Of,ook zonder meer waar
dige woorden spreken, <5f, en dat wilde ik doen, ze uitspreken in het gezamen
lijk besef, dat woorden iets met daden te maken hebben.We moeten ons, geloof
ik, realiseren, dat woorden en andere symbolen onzer waardigheid ons tot waar
dig handelen, tot waardig besturen roepen. Dat dat moeilijk is, ervaar ik ze
ker en U misschien met mij. U op Uw plaats en ik op de mijne. Het besturen
van een gemeente in onze snelle, zakelijke en soms overstelpende tijd, dreigt
dikwijls meer het vaardige dan het waardige in het bestuur op de voorgrond
te plaatsen. In een tijd, waarin de gemeente gedwongen is op velerlei en op
veel méér wijzen dan vroeger aan het maatschappelijk verkeer deel te nemen
- als huisbaas, als koper en verkoper van grond, als gever en nemer van geld,