-10- De raad der gemeente die kan het dus gelijk in vergadering "brengen en die kan dus ook eerst advies vragen aan de inspectie. Het schoolbestuur heeft het zeer te goeder trouw gedaan en min of meer gedaan op aanraden van de vorige inspecteur. Ik wil alleen de zaken precies stellen. Het is van begin af aan, zonder dat Uw college hierin gemengd werd, verkeerd gelopen. Er is dus maan denlang contact geweest tussen schoolbestuur en inspectie en geen enkel con tact tussen inspectie en college en ook niet tussen schoolbestuur en college, dat is dus verkeerd geweest. Het is dus niet alleen een fout van de inspectie dat de stukken op de verkeerde plaats lagen, maar het is ook een foutje van het schoolbestuur. Het schoolbestuur had van meet af aan tegen de gemeente moeten zeggen, we hebben dit gedaan en hebben we dit goed gedaan. Uit moet ik stellen om niet alleen de inspectie voor de zaak op te laten draaien. Mijnheer de Wit en mijnheer van Uis, ik weet heel goed dat de raad besluit en dat er formeel advies kan volgen na dat raadsbesluit, Mijnheer van Dis, U spreekt we moeten ook in de toekomst de wettelijke weg volgen, dat wil zeggen mijnheer van Dis, we hebben in deze in het verleden nog nooit de wettelijke weg gevolgd. Ik hoop dat het college wat dit betreft de formele kant wil afraden. Het is over veel za ken, en dat is niet alleen over dit voorstel, moeilijk te zeggen of een vak handenarbeid zoveel boekjes nodig heeft, of er zoveel boetseerklei nodig is of zoveel, of er voor gymnastiek die rekken nodig zijn of die rekken en of er voor Frans die cursus of dat boekje nodig is. Dat kan het college ook niet allemaal beoordelen en het college is altijd blij dat het voorstel bij U komt met het advies van de inspectie. Het is altijd goed gegaan, het is altijd rus tig gegaan en we moeten deze goede beleidslijn niet doorbreken. Dat de inspec- trice meegedeeld heeft dat de raad eerst moest besluiten, dat hebben wij niet geweten, dat is mij medegedeeld door de heer Maaskant, toen die terugkwam van vakantie op 15 augustus. Daarom ook dat ik op 5 augustus 1966 tegen de heer Oostdijk kon zeggen, dat we onmiddellijk de stukken naar de inspectrice zouden sturen. De heer Maaskant kwam terug en zeij"Ja,maar de inspectrice had mij ge zegd dat ze het schoolbestuur had gezegd laat de raad eerst maar besluiten, dus ik stuur de stukken maar terug". Ik heb toen tegen de heer Maaskant gezegd dat het jammer was dat dit juist voor zijn vakantie moest gebeuren. Ik heb de zelfde dag nog - zonder te weten dat U dit punt op de agenda wilde plaatsen - neen, de dag daarna, op 16 augustus, de inspectrice gebeld en gezegdfIk vind het niet zo prettig juffrouw van Lokven, dat U ons dit aandoet, want U doorbreekt hiermede een jarenlange gevolgde lijn. Wilt U s,v,p. eerst ons een advies geven, voordat wij met een voorstel bij de raad komen?" Daar heeft ze direkt "ja" op gezegd en diezelfde dag zijn alle stukken teruggegaan, dat is dus gebeurd op 16 augustus. Met andere woorden mijnheer de Wit, is de verzekering van de in spectrice dat zij eerst een raadsbesluit moet hebben bij deze ontzenuwd. Zij zai ons eerst haar advies uitbrengen, omdat ik haar op het hart gedrukt heb, dat we iets moeten doen en dat we in nood zitten en zo snel mogelijk een be sluit moeten kunnen nemen. Dit besluit kan zelfs nog vallen - alhoewel het ongebruikelijk is in de eerste raadsvergadering met de nieuwe raadsleden op 6 september, anders in een andere raadsvergadering in september met andere punten, die er ook nog komen, dan is het advies er, want ik vorzoker U, dat ik dat gedaan krijg* We moeten van dit punt niet zo'n ophef maken, dat we nu heel de zaak voor de toekomst gaan veranderen. Nogmaals, ik geloof dat ik U dit als voorzitter van het college moet afraden. Mag ik iemand in tweede instantie het woord hierover verlenen? De heer de Witt Nu komt U terug op het schoolbestuur en op de vakantie van mijnheer Maaskant, maar nu gaat het gemeentebestuur zelf een fout maken, want ik geloof niet dat de inspectrice een advies stuurt, dat is ook niet wettelijk. De voorzitter: Dat doet ze echt mijnheer de Wit, want ze heeft het uitdrukke lijk gezegd en ik kan U garanderen, dat wij binnen redelijk korte tijd het ad vies hebben, We spreken ons dus niet uit over hot vddr of over het tegen, We hebben een rustige goede lijn en we gaan die rustigo goede lijn volgen. Er is zelfs met het bestuur nog over een noodmaatregel gesproken als het niet anders kan, maar ik geloof niet dat we daar aan toe moeten komen, We moeten nu alleen maar weten wat we doen. Is er iemand die over dit voorstel stemming verlangt?

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1966 | | pagina 72