- 22 - De heer Evers: Mijnheer de voorzitter, is het niet mogelijk om de inkomsten van dit terrein te verhogen door middel van reclame van de middenstand. Ik weet niet hoe het op het ogenblik met deze zaak staat. Er zijn waarschijnlijk aanvragen binnengekomen voor een reclamebord. De voorzitter: Ik mag U echter nog wel op êên ding attent maken, de Voetbal vereniging "Kaaische Boys" betaalt niet alleen die f. 500,maar ook nog 12$ van het bedrag van de door de gemeente verstrekte toegangsbewijzen. Dat is dus te ramen op f. 425,—U krijgt dan totaal zo'n f. 1.000,Dan komt het er nog niet uit, maar het maakt toch enig verschil. Dat plan is nog niet zeer concreet, mijnheer Evers. Ik weet er wel iets van, maar hoe het precies wordt, dat weet ik niet. Als er een concreet plan voor reclame op het voet balveld zou komen, dan zal de gemeente de exploitatie op zich moeten nemen. We moeten er heel erg voorzichtig mee zijn. De heer van Dis; Mijnheer de voorzitter, ik wil een beetje dieper ingaan op de post "kosten sportterrein". Dat sportterrein heeft de gemeente gekost; f,1^^.000,Voor volgend jaar staat op de begroting voor uitgaven; f, 9.440,97 en daar staat aan ontvangsten tegenover f. 1.300,Nu vind ik dat verschil aanmerkelijk groot. Als we nu bij het behandelenvan de begroting moeten letten op het streven om meer tot evenwicht te komen, dan zijn deze verschillen zo groot, dat zij bijzondere aandacht verdienen. De gemeente geeft elk jaar f. 8,100,toe op het verhuur van het sportterrein. De voorzitter; Mijnheer van Dis, ik zou U niet willen aanraden, staande de begrotingsvergadering, voorstellen te doen om de huren van het sportveld te verhogen. U hebt gemerkt dat deze zaak onze aandacht heeft. Zouden wij nu besluiten, zeer impulsief, tot verhoging over te gaan, dan zo.u een ge richt beleid niet meer mogelijk zijn. Ik hoop,dat U genoegen kunt nemen met onze toezegging,dat wij dit in het komende jaar onder de loupe zullen ne men. Wij zijn het met U eens als U zegt, dat tegenover deze uitgavenpost te weinig inkomsten staan. De heer van Dueren den Hollander; Ik vind, dat juist dit sportterrein, waar ontzettend veel vraag naar is, nu bij herhaling een groot negatief saldo te zien geeft. Dat moeten we zo vlug mogelijk proberen in evenwicht te bren gen. De voorzitter; Ik heb U al toegezegd dat wij dit zeker zullen nagaan. Ik heb een half jaar geleden een conferentie bijgewoond van de raad van lichamelijke opvoeding. Het blijkt,dat in Nederland op dit gebied een absolute chaos bestaat. Het is bijzonder moeilijk te bepalen welke norm han teer je hiervoor. Er zijn gemeenten die zeggen lichamelijke opvoeding vin den wij zo belangrijk, alle sporten zijn zo belangrijk, dat alle jongeren, die daar aan doen, niet meer dan noodzakelijk, moeten worden belast./Ik heb al gezegd dat we hier niet te diep op in moeten gaan, omdat het pro bleem op zich toch echt ingewikkeld is. Het gehele subsidie-beleid van verenigingen hangt hiermee samen. Het is niet alleen deze vereniging die subsidie ontvangt en het is niet alleen deze voetbalvereniging die be trekkelijk goedkoop zit. Hierbij valt ook te denken aan de gymnastieklo kalen. Hier wordt, als ik het wel heb, voor het gebruik van het gymna stieklokaal f. 1,50 per uur betaald. De heer van Dueren den Hollander; Ik had dit nu allemaal al graag gezien. We kunnen andere gemeenten erbij gaan betrekken - wij doen dat soms wel eens gemakkelijk - maar wij kunnen andere gemeenten niet bij ons begrotings tekort betrekken, dat hebben we zelf. Dat is toch voor ons allemaal duide lijk, dacht ik. Men kan het sport-beoefenen als zodanig zo heilzaam vinden, dat men zegt, daar gooien we wat, populair gezegd, tegenaan. Men kan aan de andere kant tot de conclusie komen; als we een begrotingstekort hebben en we moeten dat met z'n allen proberen te dekken, dan moet iedereen daaraan meedoen, ook een sportclub, ook een gymnastiekclubWe moeten dat dan niet zie blad 22a. Wij moeten dat geloof ik in z'n geheel bekijken, daarom omdat je niet alles tegelijk kunt doen en omdat een pakket van maatregelen in het vooruitzicht gesteld is.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1966 | | pagina 141