- 8 - Art, 242 van de gemeentewet zegt wel de "begroting "behoeft om te kunnen werken de goedkeuring van gedeputeerde staten, thans wil het mij voorkomen, dat hot colle ge op het standpunt is komen te staan, dat dit artikel voor de gemeente Fijnaart en Hcijningen niet meer geldt, en liever in 4 jaarlijkse termijnen de toestemming verleent de geraamde gelden te gebruiken. Mijnheer do voorzitter, of wij het laatste moeten verstaan als een uiting van vertrouwen of wantrouwen ten aanzien van het te voeren beleid en dan bedoel ik in hot bij zender het financieel en economisch beleid, blijft een moeilijk te beantwoorden vraag. Dit is echter zeker, dat wij ons gelukkig mogen prijzen met een administratieve staf en een technische dienst, die door en met misleidende argumenten het toe ziende college in Ts-Hertogenbosch en de raad feilloos zand in do ogen weet te strooien. Do vraag mag echter ook gesteld worden of het college van gedeputeerde staten met de gemeente Fijnaart en ïïeijningen niet aan het experimenteren is, om na te gaan of het in de nabije toekomst niet mogelijk is, mot terzijdestelling van de gemeentewet, het behandelen van een gemeentebegroting uit handen van de raad te nemen, misschien wel omdat de raadsleden in hot algemeen niet die aandacht aan de begroting besteden als wel nodig is om de inkomsten en uitgaven met elkaar in overeenstemming to brengen. Het kan ook zijn, da.t het collego van gedeputeerde staten op het standpunt staa,t; de gemeente is autonoom en wil Fijnaart overdreven veel geld oneconomisch en aan onrendabele objecten besteden, dan is de raad volkomen bevoegd daartoe. Het ge meentelijke belastinggebied kan nog uitgebreid worden en de bestaande gemeente lijke belastingen kunnen ook nog worden verhoogd. De inwoners van Fijnaa,rt zijn er goed voor en zullen dat in de toekomst wel ontdekken op de diverse aansla gen. Wij leven, mijnheer de voorzitter, nu eenmaal in een tijd van -willekeur, wat ook Uw college duidelijk in haar beleid laat zien en in een tijd wa,arin de rechts zekerheid in onze samenleving volkomen zoek is, In het ene geval beroept men zich op de wet of op een gemeenteverordening, ter wijl men een andere koer zich beroept, terecht of ton onrechteop het beleid van naburige gemeenten, op oen landelijk gemiddelde of op gebruiken die in het bedrijfsleven wel eens voorkomen. VooreJ. bij het vaststellen van salarissen, pensioenen, autovergoedingen, representatiegelden, huren van dienstwoningen, enz. enz., al naar gelang welke personen er bij betrokken zijn. m De voorstellen en begrotingen voor bepaalde werken, de laatste tijd ter tafel gebracht, kunnen als voorbeeld en bewijs dienen. Ik had het eleganter gevonden, Mijnheer de voorzitter,als het college van burgemeester en wethouders de nieuwe burgemeester, op wie wij wachtende zijn, geconfronteerd had met een sluitende begroting in plaats van met een begroting die een tekort aangeeft van ca. een kwart millioen gulden op de gewone dienst. Dat er niet de minste pogingen gedaan zijn om een evenwichtig geheel te krijgen ten aanzien van de inkomsten en uitgaven der gemoonte voor het dienstjaar 19^5 is duidelijk, ja zeer duidelijk, in de memorie van toelichting te vinden. Dit is mijnheer de voorzitter zeer teleurstellend te noemen, doch is wel geheel in overeenstemming met het financieel en economisch beleid van Uw college. Ik dank U, voor de gelegenheid mij geboden. De voorzitter? Nog <5<5n van U heren? Verschillende zaken kan ik gezamenlijk beantwoorden. De heer Evers en met hem vele anderen hebben een woord van dank gesproken aan de samenstellers van deze begroting en we zullen die dank gaarne aan de betreffende ambtenaren overbren gen, Het is voor de betreffende ambtenaren altijd een groot moment als zij zo ver zijn dat zij de begroting kant en klaar hebben. Wees ervan overtuigd, dat ook onzerzijds dit zeer gewaardeerd wordt. Hot werk dat hieraan gedaan is, is geen geringe zaak. U hebtmijnheer Evers,gesproken over het beter afdekken van en het ongedierte bij de vuilstortplaats. Dit heeft onze volledige aandacht en

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1964 | | pagina 84