-3- 1964- Ds voorzitter: Ik geloof ook niet dat het zo dringend noodzakelijk is maar ik zie v/el in, dat het voor iemand die er financiëel niet zo best voor zit en de kans heeft om door allerlei activiteiten zijn inkomen te verhogen, die kans niet heeft als hij wethouder is, want dan heeft hij een hele hoop te doen. Mocht hij, om welke redenen dan ook, plotseling geen wethouder meer zijn, dan is het voor hem bijzonder moeilijk zijn vroegere activiteiten, om zijn inkomsten te vergro ten» ineens v/eer te ontplooien en ik vind het dan volkomen redelijk dat er een aflopende uitkering aan hem kan worden verstrekt. Later zal deze uitkering voor de kleinere gemeenten ook veel geringer zijn dan voor de grotere gemeenten waar dat salaris ongeveer f, 30.000,— bedraagt. De heer van Lis; Mijnheer de voorzitter, U hebt het belang dat er voor de gemeen te in zit nog niet naar voren gebracht. Uit Uw redenering is op te maken dat iemand die v/ethouder is in een gemeente als Fijnaart en Heijningen geen inkomsten derft. De voorzitter; Ik heb wel niet letterlijk het belang van de gemeente aangeduid maar misschien wordt het duidelijker als ik zeg wanneer deze regeling er is dit in iodor geval voor niemand van de raad van Fijnaart en Heijningen een be letsel vormt een eventuele wethouders benoeming aan te nemen. De heer van Dis; Ik geloof dat U hot een beetje te donker in ziet burgemeester. Het wethouderschap in een plattelands gemeente zoals Fijnaart en Heijningen weegt niet zo zwaar, dat iemand die een eigen zaak heeft, daarmee in de knoei komt. Een ander geval is het wanneer je wethouder beniT Amsterdam of Rotterdam dat men dan een dagtaak of misschien wel een dag- en nachttaak of voor mijn part iets anders heeft, maar alle verordeningen die voor de grote steden van belang zijn die hoeven nog niet direct door een plattelands gemeente overgenomen te v/orden. De voorzitters Ik vind het toch wel een voordeel dat iemand die er financiëel tegen op zou zien om een wethoudersbenoeming te aanvaarden,in verband met een plotseling ontslag, dit bezwaar thans niet behoeft te voelen. Nog een van U heren? Een van U die stemming verlangt? De heer van Dis; Ik stel voor Hoofdstuk I van deze verordening te laten verval len. De voorzitter? Is er iemand van U die het voorstel ondersteunt? Neen? De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders met de stem van de heer van Dis tegen. Compensatiemaatregelen bezoldigingen in verband met huurverhoging per 1 juli De raad besluit zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. Rondvraag. Do heer de Wit; Ik heb horen vertellen dat er een paar noodwoningen leeg staan, Is het de bedoeling dat die binnenkort weer bewoond worden? De voorzitters De minister van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid heeft de moge lijkheid opengesteld om noodwoningen,die nog in goede staat verkeren, niet te slopen. Wij hebben aan de minister verzocht om deze noodwoningen thans nog niet te slopen omdat deze woningen in de behoefte voorzien voor huisvesting van ouden van dagen en financieel minder draagkrachtigen. Wij hebben nog geen beslissing ontvangen. Wel hebben wij op bespoediging aangedrongen, maar in !s-Hertogenbosch zitten ze heel moeilijk met het personeel en dat is waarschijnlijk de reden. De heer van der Werf: Is het U bekend welke bestemming de oude U.L.O.-school krijgt? De voorzitter; Dat hebt U kunnen lezen in ons voorstel betreffende agendapunt 7 De heer Lambre^ts? Is er voor de mensen die hinder ondervinden van die woonwagen bewoners al een regeling getroffen? Zijn die voorwaarden misschien al weg? De voorzitter: Er zijn v/eer drie wagens weg. De heer Lambregts: Het is een hopeloze boel burgemeester niet alleen omdat ze veel vernielen, maar de mensen zelf kunnen er niet van slapen.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1964 | | pagina 44