De voorzitter: Lie taxatie-rapporten kosten altijd geld. En nu dat 'op een, dermate Vlotte manier gaat als hier, stel ik me voor dat we dat geld wél kunnen "besparen. De heer van Hoof: Blijven die huizen daar !nog "bewoond, mijnheer de voorzitter? De voorzitter: Ik heb in het begin gezegd, ik hoop dat we een zeer ruime toewijzing van nieuwe woningen krijgen, dan'kan ik IJ verzekeren gaan. ze onmid dellijk weg. Maar krijgen we dat niet dan wordt het moeilijk. De heer van Hoof: Dan ga ik met het gezegde van de heer Maris mee, wanneer de huizen bewoond zullen blijven en ze komen aan de gemeente te vervallen, dan zullen degenen di^ qr in wonen direct komen, kijk eens naar mijn huis, en dat zal de gemeente nog veel gold kosten, Want die huizen zijn belange na niet in een staat om te bowonon. Als ik een schrijven lees van dokter Bron over dat huis waar Govers in woont, ik weet niet of het er bij is, dan kan ik er niet veel goeds van zeggen. De voorzitter:- Nee, dat is er niet bij. Do heer van Hoof: Oh, gelukkig dan. Want dan zou het al heel bedroevend zijn. v De voorzitters Dat weet ik, maar dat is er niet bij. De heer van Hoof: Maar over die andere kan ik nu ook niet direct Halleluja roepon. De voorzitter: Dat ben ik helemaal met U eens. De heer van Hoof: Maar als die huizen nu naar de gemeente overkomen, de huurbazen hebben het natuurlijk altijd zo maar laten hangen en de mensen huishuur laten betalen en voor de rest zie zo. Maar als ze aan de gemeente komen, dan zullen de huurders komen en zeggen» maak m'n zaakje eens in orde want ik wil een woning hebben zoals het behoort. En dan zal het de gemeente geld kosten. De voorzitter: Waarmee U te kennen geeft dat U de gemeente hoger acht dar) de bewoners van Fijnaart. De heer van Hoof: Ja, want dan zeggen ze, die kunnen het betalen. En de eigenaar zegt: laat maar hangen, het zal m'n kop wel af duren. Maar de gemeente wordt er voor op de proef gesteld. Wij moeten als gemeente eigen lijk voorgaan om goede .huizen, te leveren en niet. om de mensen in de. krot--, ten te laten wonen, Do voorzitter: Ik zal U verzekeren dat ik m'n uiterste best zal doen om deze mensen zo snel mogelijk een goede woning te bezorgen. Maar uiteraard kan ik niet in de toekomst kijken. De heer van Hoof: Omdat we er nog zoveel tekort komen hê, mijnheer de voor zitter, Maar die zijn zomaar nog niet klaar ook, al krijgeri we een goede toewijzing van laat ons maar eens zeggen 60, dan zijn we nóg' niet uit de kou. De voorzitter: Als we er 60 krijgen dan kan ik U verzekeren dat dan de huizen worden afgebroken. Do heer Maris: Voorzitter, kunt U ook zeggen hoe de huuropbrengst is? Daar kan soms in zitten dat we de allernoodzakelijkste voorzieningen gedu rende enkele jaren aan kunnen brengen. Do voorzitter: Ik zou U vriendelijk willen verzoeken om niet te gaan pra ten over jaren in dit geval, want het is toch echt onze bedoeling om deze huizon zo spoedig mogelijk leeg te krijgen en het is zo verschrikkelijk pessimistisch om dan over jaren te gaan praten. De heer Maris: We kunnen niet anders zijn dan pessimistischj, De heer van Hoof: Wij kunnen toch heus wel een beetje voorzichtig zijn, mijnheer burgemeester. V/ij hoeven heus niet zo vooruit te lopen, dat wij gaan zeggen volgend jaar hebben we volop huizen want dat is toch niet. Als wij op z'n hoogst' eens 10, gezien het schema dat ik zo eens gelezen heb, dan moeten we veel blij zijn als wo er 10 krijgen voor de gemeente, dan zouden we in onze handen moeten klappen, denk ik. Als wij 10 huizen krijgen dan blijven die huizen staan en als wij volgend jaar 10 huizen krijgen, nu dan blijven die huizen nog staan.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1960 | | pagina 5