- 5 - Do heer van Dis: Mynheer do voorzitter, mag ik daar op antwoorden? We zijn verschillende malen by elkaar geweest en de heer van Sprundol stond toch ook op het standpunt dat gezien het rapport van het verifica— tiebureau do rekening niet aan de eisen voldeed. De hoer van Sprundol niettegenstaande dat hij de opmerkingen van hot verificatieburoau onder schreef zei dat wij dat tenslotte hot college van burgemeester en wet—" houders niet kwalijk moonton nonen, aangezien dat bestond uit ondeskun dige mensen# Alzo liet hij zich ook uit over degenen die de administratie voerden. Ik heb gozegd dat wij met de personen niets te maken hebben en dat wy alleen te maken hebben mot de rekening zoals die voor ons lag. En toen is er getracht om tot een compromis te komen. Mazy* dat compromis dat lag zodanig dat de heer van Sprundol van ons eiste dat wy de rekening goed zouden keuren. Hot oordeel over de rekeningen is vernietigend op grond van het rapport van het vorificatiebureau. En verder mijnheer do voorzitterde heer Maris en ik zijn verantwoord voor het rapport dat wij ingediend hebben en do heer van Sprundol is verantwoordelijk voor het rapport dat hij ingediend heeft. Do heer van Sprundol: Mijnheer de voorzitter, ik wil U even do laatste zin van do gezamonlijko tekst voorlezen en als jullie dan twijfelt, dan wil ik de heor van Tilburg als getuige noemem"0p grond van het bovenstaande stelt de meerderheid van de commissie voor de gemeenterokening voor hot dienstjaar 1954 niet voorlopig vast te stellen". Ik heb dus helemaal niets gevraagd De hoor van Dis: Do moorderheid. Bent U do meerderheid? De heer van Sprundol; Nee, maar U was toch accoord mot deze tekst, ik wil de als do minderheid beschouwd worden, die de gemeenterekening wol voor lopig wildo vaststellen. En mot dezo tekst ging U accoord, U heeft mijn vragen aardig omzeild, maar U heeft geen antwoord gegeven op m'n vragen. We hebben een gezamonlijko tekst samengesteld waar U mee accoord ging. De heer van Dis: U was or van overtuigd, De voorzitter: Mag ik even onderbreken, het is niet de bedoeling dat we hier oen ondorlingo discussie gaan krijgen. Iedereen krijgt twee keer de kans om te zeggen wat hem op het hart ligt en dan moet de discussie geslo ten zijn of overgenomen door anderen. De hoor van Sprundol: Dan zou ik willen voorstellen dat mijnheer van Til burg als getuige wordt geroepen, die hobbon wij het klad van onze gezamen lijke tekst meogegeven, die 's zaterdags tor tekening voorgelegd zou wor den en toen verklaarden de heren Maris en van Dis er zich niet mee accoord. Dit is mij een beetje tegen gevallen. Als wij eenmaal iets afgesproken heb ben, dan behoort dat woord gestand gedaan te worden. De heer van Dist Do tokst hebben wij niet gozion. Do heer van SprundolfTk heb hem U voorgelezen, ik heb de tekst opgemaakt. En u heeft er zich mee accoord verklaard, mijn heer van Dis on mynheer Maris, Do heer Maris; We konden toch niet tot overeenstemming komen. Do heer van Sprundol: Bij do laatste conclusie heb ik een concessie gedaan, toen opporde mynheer van Tilburg de mogelijkheid en U zeil Goed, stel dan als conclusie dat do meerderheid zich verklaart. De hoer Maris; We Ine e De heer van Sprundol; Dus ik wil mijnheer van Tilburg als getuige hierbij hebben. De voorzitter; De 2 rapporten zijn hier ingediend. De heer van Sprundol; Ik heb aangedrongen op een gezamenlijke conclusie waar U moe accoord ging. De hoer Maris; Wij zijn niet zover gekomen. Do heer van SprundoJ.; We waren klaar. U moet er niet zo omheen draaien, mijnheer Maris. De voorzitter; De rapporten zijn nu ingediend en dat zijn de 2 papieren waar we ons nu aan te houden hebben.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1958 | | pagina 72