- 2 - Wij staan hed.cn aan do vooravond van oen nieuwo vierjaarlijkse periode ton op zichte van hot to voeren "beleid in onze gemeente. In doze vergadering zal ongetwijfeld door do resultaten dor v/ethoudors-verkiezing dit "boloid beïnvloed wordon en ovonzo do politioko verhoudingen. Wij weton, do laatste jaren hebbon dit bowozen, dat do K.V.P. goon samonwerking wenst met do C.H, of A.R. dio voor kort al. ~n do Protestant Christelijke groop vormden Nu niettegenstaande dit jaar met de candidaatstelling deze basis verbreed werd, heeft do K.V.P. de samenwerking met de Protestant Christelijke groop bij ver nieuwing van de hand gewezen zonder zich af te vragen of parlementair en poli tiek juist en volgens de gebruiken gehandeld werd. Zij heeft blijkbaar een afspraak gemaakt en samenwerking gezocht en aanvaard mot oen deserteur uit onzo groop, dio, zonder met de gekozen raadsleden van de lijst waarvan hij doel uitmaakt overleg te plegen en zich daardoor voor do komende vior jaren van zijn fractie gedistantieerd heeft. Dat de K.V.P. geen samenwerking met de C.H. als het grootsto onderdeel van de Protestant Christelijke groop wenst, is haar zaak. Nu 12 jaar geledon konden wij ons ook niet mot do voorwaarden van do K.V.P, verenigen. Dit niet omdat haar aanbevolon candidaat de hoor Koevoets lid was van do K.V.P. maar alleen omdat deze man slechts enkele weken in de gemoonte woonachtig was. De rest van do K.V.P.-leden wildon in die tijd geen wethoudorszetel bezetten. Hen lid der A.R.-partij, de hoer Geuze, werd toen gekozen. Hoewel de K.V.P, althans landelijk zeer zeker de evenredige vertegenwoordiging aanvaardt, is hot blijkbaar eon beletsel om in een gemeente als Fijnaart zelfs als vertegen woordiger van de Protestant Christelijke groop oen Anti-Revolutionair denkend persoon als wethouder te aanvaarden. Het dagelijks bestuur in onze gemoonte zou dan op de moest loyale wijze vertegenwoordigd zijn. Iemand die desertie pleegt uit onze groop schijnt voor do K.V.P, zelfs meer waarde te hebben dan de heer Maris. Dat deze houding van de K.V.P. voor de gemoonte in zijn gehoel niet bevorderlijk kan zijn kunnon de terugkerende i\aadslodon weten of liever gezegd, daar zijn zij van overtuigd. Zij vooral weten, dat de dorpspolitiek van de heer Bom die de K.V.P. daarin meesleept, zoor remmend gewerkt hoeft voor de ontwikkoling der gemeento en dat hondord duizenden gulden door oen onverantwoord en onoconomisch beloid ten opzichte van de openbare werken verlojjon zijn gegaan. Het jongste voor beeld daarvan is wol hot laten verlopen van oen bouwvergunning van 12 wo ningen, alsmede hot niet deskundig voorbereid aanleggen van de riolering in onze gemeente, wat alleen te wijten is aan het college van B. en W. en zijn samenstelling van do afgelopen jaren. Verder moge ik wijzen op het algemeen aanzion van onze gemeente in vergelijking met do omliggende gemeenten. Ik meonde, mijnheer do voorzitter, deze verklaring voor het begin dor stem ming te mooton geven. Iodor van ons moot begrijpen, dat do ambtseed niet wordt afgelegd voor oen partij noch voor een persoon, maar voor het belang dor gemeente. Deze eed is mede ingesteld opdat niet mot do belangen der gemeente en de bolangen van de grote massa dor bovolking gospeeld wordt, of dit de laatste tien jaar begrepen is laat ik in het midden. De heer Bom; Mijnheer de voorzitter, het ligt niet in mijn bodoeling om in te gaan op datgene, wat door de heer van Dis is voorgelezon. Ik had me voorgesteld mijnheer de voorzitter, dat dergelijke woorden voor do verkiozing eigenlijk verboden zoudon worden. Ik wens van deze plaats in geen geval woordon to gebruiken, zoals van Dis gebruikt om, zoals hij misschion denkt, pressie uit to oefenon op do stemming. Ik dank U. De hoor van Sprundels Mijnheer de voorzitter, namens de K.V.P. zou ik hier als antv/oord op de woorden van do hoor van Dis willen verklaren dat noch van Christelijk Historische zijde, noch van Anti—Revolutionaire zijde, ook maar 6<5n enkel positief voorstel tot samenwerking is gedaan. Daar wil ik hot bij laton.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1958 | | pagina 65