gaven, waar de tegenwoordige tijd om vraagt» Ook de jongste raadsverkiezingen luidden een ander tijdperk in. De eertijds beruchte 6-5 verhouding kwam steeds minder terug, door dat de nieuwgekozen en jongere raadsleden niet meer slaafs het oor deel van hun fractievoorzitter volgden, maar zelfstandig en naar eigen bevinding hun meningen tot uitdrukking brachten. Een vrolijke kwinkslag of opmerking werd de laatste tijd meer en meer gehoord en het scherp tegenovèr elkaar staan der groeperingen, begint tot het verleden te behoren. Mijne heren, nu ik U ga verlaten, mag ik met grote dankbaarheid con stateren, dat in vergelijking met zes jaar geleden in de verhouding der fracties onderling een begin van begrip voor eikaars standpunt aanwezig is. Moge ik U op het hart binden, deze beter wordende verhouding te hand haven in de tijd van waarneming van het burgemeestersambt en daarna bij mijn opvolger. De verpletterende slag, die de overstromingen van 1953 ons brachten, heeft velen wakker geschud en tot inkeer gebracht. Zij, die voordien in verdeeldheid tegenover elkander stonden, sloegen op dat ogenblik van diepste ellende en verwarring de handen ineen en het is daaraan te danken, dat naast de rijke hulp van binnen- en buitenland en de krachtige steun van alle overheidsinstanties onze gemeente in zo'n betrekkelijk korte tijd zich heeft mogen herstellen. Heel veel begrip en steun heb ik in die dagen mogen ondervinden van de Provinciale vertegenwoordigers van het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting, van Maatschappelijk Werk, van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, van het Nationaal Rampenfonds, de Provinciale Planologische Dienst, de Rijks- en Provinciale Waterstaat, de Polder besturen, de dienst van Bouw-'en Woningtoezicht, het Provinciaal Op— bouworga,an en de Rijkspolitie. Mijne heren wethouders, onze verhouding is steeds goed geweest. Niet altijd waren wij het met elkaar eens, maar uit de veelheid van meningen en gedachten is toch altijd een concreet plan te voorschijn gekomen. Hebt dank voor Uw beider medewerking gedurende de afgelopen zes jaren. Ook mag ik hier nog wel eens speciaal dank zeggen voor de grote har telijkheid, waarmede het hele gezin Bom ons vanaf de eerste dag is tegemoet getreden. Secretaris van Dis, Na êen jaar zult G-e de pensioen-gerechtigde leeftijd hebben bereikt. Ik wens U na een diensttijd van ruim 40 jaar een recht gelukkige rustperiode toe. Mijne heren ambtenaren, met U heb ik het ten alle tijde goed kunnen vinden. Veel heb ik van U gevraagd, vooral gedurende de periode na de overstromingen. Niets was U te veel. Speciaal de heer Bouman, onze gemeente-ontvanger, de commies Linders en gemeenteopzichter Nijhoff, hebben ieder op eigen terrein hard aan het herstel gewerkt, evenals de heer Stam, toegevoegd ambtenaar van Bouw- en Woningtoezicht. Hierbij doe ik niets

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1955 | | pagina 54