Notulen van de raadsvergadering van Fijnaart
op Woensdag 15 Juni 1955,te 19,30 uur.
Tegenwoordig de heren: S.Bom, A.A.C.AkkermansG.de Wit, B.P.Maris,
H.van Dis Jzn, B.P.van Hoof, N.Koomans van den
Dries, C.G.Kannekens,H.A.Teeuwkens,J.0.Haverkamp
en J.A.Th.van Sprundel.
Voorzitter: de Edelachtbare heer P.W.ter Haar.
Secretaris: A.Bouman,waarnemend.
Om 19,30 uur opent de Voorzitter de vergadering en stelt aan de orde:
1.Notulen vergadering 28 April 1955»
De heer B.P.Maris verklaart dat hij bij de behandeling van punt 19
(verhuur gedeelte sportveld aan A.P.Jongmans)hoeft voorgesteld het
ontwerp-besluit zodanig te wijzigen dat de afrastering voor rekening
van de huurder zou komen,hetgeen in overeenstemming is met de bepalin
gen van het Pachtbesluit.Spreker is van oordeel dat het besluit in deze
zin gewijzigd is vastgesteld.
Andere leden verklaren eveneens deze mening te zijn toegedaan.
De Voorzitter zegt dat hij zich bij het lezen der ontwerp-notulen even
eens heeft afgevraagd of deze op dit punt juist zijn.De questie of de
zienswijze van de heer Maris uitdrukkelijk naar voren is gebracht en
had moeten worden neergelegd in het besluit kan omzeild worden wanneer
de raad nu zijn mening bepaaltomdat volgens spreker,de raad na de
door de heer Koomans van den Dries afgelegde verklaringen uiteindelijk
accoord ging met het voorstel van burgemeester en wethouders.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten de notulen,betref
fende punt 19 te wijzigen,Overeenkomstig de idee van de heer Maris
en overigens onveranderd vast te stellen.
2.Ingekomen stukken.
a. een schrijven van gedeputeerde staten van Noord-Brabant d.d.2 Juni
1955,G.no.16916,Ille afdeling,inzake bezoldiging van de wethouders.
Bij schrijven van burgemeester en wethouders d.d.8 Juni 1955,wordt
voorgesteld geen opmerkingen aan gedeputeerde staten te maken naar
aanleiding van het medegezonden ontwerp-besluit tot wijziging van het
Bezoldigingsbesluit wethouders 1949.
De heer Kannekens had graag dat burgemeester en wethouders ook eens
dachten aan verhoging van het presentiegeld van de raadsleden.
De Voorzitter zegt dat het presentiegeld pas is verhoogd en verklaart
van mening te zijn dat de uiterste grens,door G-edeputeerde Staten in
deze gesteld,is bereikt.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wcthouders(zie decimaal no -2.07.53)
b. een schrijven van de gezamelijke organisaties(K.A.B. N.V.V. en C.N.V.)
van April 1955 inzake verbetering van krotwoningen.
Bij schrijven van 8 Juni 1955 stellen burgemeester en wethouders voor
het verzoek naar hen terug te wijzen omdat aanschrijvingen tot verbe
tering van woningen ingevolge de bepalingen der woningwet,van burge
meester en wethouders behoren uit te gaan.
Zonder enige discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en v/ethouders.
(Zie decimaal no.-1.778.52)
c. 6 raadsbesluiten van 28 April 1955 tot verkoop van grond voor woning
bouw aan particulieren,goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant d.d.2 Juni 1955.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten deze stukken voor kennis
geving aan te nemen.