15. Grondruil Wederopbouw pand C.Stoop. Bij schrijven van 3 October 1951 stellen burgemeester en wethouders de raad,onder overlegging van twee ontwerp besluiten voor,enkele voorzieningen te treffen in ver band met de wederopbouw van de boerderij van C.L.Stoop, die omvatten aankoop van grond van W.C. J.M. Hopmans in de Langeweg en ruiling van deze grond met die van Stoop,ge legen aan de Kadedijkwaarop woningwetwoningen siju ge bouwd. Be heer G.G.Kannekens wenst zekerheid te hebben dat na de grondruil de heer Stoop ook werkelijk ga t bouwen. Be Voorzitter zegt dat die zekerheid is verkregen. Be heer H.van Bis merkt op dat het tijd wordt dat de ge meente de grond van Stoop in eigendom krijgt,omdat de woningwetwoningen nog steeds op zijn grond staan. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeen komstig het schrijven van burgemeester en wethouders van 3 October 1951 en de ontwerp-besluiten tot aankoop van grond en tot ruiling van grond vastgesteld. (Zie decimaal nr.-l.823-). 16.Onbewoonbaar verklaring van woningen. Be Voorzitter stelt vervolgens aan de orde enn schrijven van de Provinciale Birectie van de Wederopbouw en de Volkshuisvesting d.d. 3 September 1951,No.700/6211-7148, betreffende de woningen A 226 en A 227. Bij schrijven van 26 September 1951 delen burgemeester en wethouders de raad mede dat zij zich met de inhoud van die brief kunnen verenigemjwaarv®n*\zij,onder overlegging van twee ontwerp-besluiten,voorstellen de beide woningen onbewoonbaar te verklaren. Be heer dè Wit deelt mede dat toen de kwestie van verbetering van de woning A 227 in de woningcommissie aan de orde kwam, hij hier tegen was omdat de woning niet meer te herstellen was.Baarna is spreker een suggestie aan de hand gedaan en heeft hij zijn mening gewijzigd.Spreker vraagt zich echter af of burgemeester en wethouderstoen zij terzake een advies aan de woningcommissie vroegen,niet reeds wisten dat de wo ning toch afgebroken zou worden.Boor deze gang van zaken slaat de woningcommissie een slecht figuur. Be Voorzitter zegt het eens te zijn met de heer de Wit wat betreft de noodzaak om de woning af te breken.Be tegenpartij van de gemeente werd door de Provinciale Birectie van de Wederopbouw en Volkshuisvesting in het gelijk gesteld en daar moesten we ons bij neerleggen.Het standpunt van de Com missie was ook dat van burgemeester en wethouders. Be heer de Wit zegt toch te veronderstellen dat deze zaak anders had kunnen lopen.Spreker is van mening dat burgemees- teren wethouders bij de bouw van de woning van Vrolijk wel op de hoogte geweest zullen zijn van het voornemen de wonin gen, die nu onbewoonbaar Verklaard zullen worden,af te breken. Be Voorzitter ontkent dit latste omdat toendertijd geen toe stemming tot afbreken werd gegeven. Be heer N.Koomans van den Bries is van mening dat het ohver- antwoord is de woningen af te breken. Be heer J.T.Ardon zegt bezwaren tegen het voorstel te heb ben omdat het niet bij deze 2 woningen zal blijven.Be woning A 227 is wel onbewoonbaarmaar als deze afgebroken wordt, gat de andere woning A 226 ook tegen de grond.Spreker noemt dan enkele woningen die in dezelfde staat verkeren als de woningen A 226 en A 227 .Hij vindt het bezwaarlijk twee woningen af te breken in een tijd dat mensen nog in schuur tjes wonen. Beheer Hamers vraagt wat met het gezin gaaat gebeuren dat in de woning A 226 woont. Be Voorzitter# de-~lt mede dat dit gezin niet op straat zal kom en, daar zal het gemeentebestuur voor zorgen. Het voorstel van Burgemeester en Wethoudershierna in stem ming gebracht zijnde,wordt aangenomen met 10 tegen 1 stem. Tegen stemde de heer J.T.Ardon. (Zie decimaal nr. -I.778.5t2. van een door de Maatschappij te sluiten geldlening groot f 2.567.000.- in totaal. Burgemeester en Wethouders stellen voor hiertoe ovef te gaan. Tevens leggen burgemeester en wethouders bij hun schrijven over een ontwerp-besluit met memorie van toelichting. Na een a n de heer Ardon op diens verzoek door de Voorzit ter verstrekte inlichting over het rente-percentage der lening wordt zonder hoofdelijke stemming besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders en het ontwerp- besluit vastgesteld. )Zie decimaal nr.-1.778.31

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1951 | | pagina 55