Veilinggebouw en langs de Nieuwemolensedi jk is voor loo
jaar voldoende.
De heer Weijnen kan niet goedkeuren dat bij het E.K.Kerk
hof zal worden gebouwd.
De Voorzitter zegt dat de Begraafwet een grens stelt van
50 M.In de tegenwoordige tijd echter is bouwen nabij een
begraafplaats niet zo bezwaarlijk.Een mogelijkheid is het
aanleggen van een straat langs het Kerkhof die de verbin
ding vormt tussen de twee bouwplaatsen door de heer Ardon
be doe ld.
De heer Geuze betwijfelt of deze versnippering van plan
West wel door Gedeputeerde Staten zal worden goedgekeurd.
De Voorzitter zegt dat de i§ deze vergadering naar voren
gekomen ideeën kunnen worden besproken in een openbare
raadsvergadering waarbij eventueel Ir.Buskens en Ir.van
Oyen aanwezig kunnen zijn.
(Tijdens de discussies over plan-West verlaat het lid N.
Koomans van den Dries de vergadering)
Hierna zegt de Voorzitter toe dat de wensen van de raad
ten aanzien van plan-West aan de Provinciale Planologische
Dienst zullen worden voorgelegd.
Ten opzichte van de bebouwingsvoorschriften worden door de
leden geen opmerkingen gemaakt.
Rondvraag
De heer P.F.Weijnen vraagt of de aan de Stampersgatseweg
in het plan aangegeven woningen niet beter aaneengebouwd
kunnen worden,omdat dit economischer is.
De Voorzitter zal ook dit met de Planologische Dienst be
spreken.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
»e Voorzitter
-
De Secretaris,
VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD
op Donder- dag 26 Juli 1951
des na middags 7 uur
Tegenwoordig de heren: S.Bom, A.A.O.AkkermansA.Hamers, G.de
Wit, B.P.Maris, J.T.Ardon, en N.Koomans van den Dries.
Afwezig de heren: P.P.Weijnen(met kennisgeving),H.van Dis Jzn,
J.D.C.Geuze en G.G.Kannekens
Voorzitter de Edelachtbare Heer P.W.ter Haar.
Secretaris A.van Dis.
Ter vergadering zijii mede aanwezig de heren Ir.3uskens,Direc-
teur van de Provinciale Planologische Dienst in Noord-Brabant
Ir.van Oyen,Hoofd van de afdeling Uitbreidingsplannen van die
DienstIr.SraaleRijkscultuur consulent te Breda en H.Nijhoff,
gemeente-opzichter
Om 7 uur opent de Voorzitter de vergadering en zegt,na verwel
koming van de aanwezige deskundigen tot zijn spijt te moeten
constateren dat enkele raadsleden steeds afwezig zijn,hetgeen
onbegrijpelijk is omdat zij toch als raadsleden verantwoor
ding moeten durven nemen.
Op uitnodiging van de Voorzitter houdt Ir.Buskens de volgende
inleiding
De raad moet zijn komst niet zien als een soort dreigement of
om door zwaaien met de goedkeuringsbevoegdheid van Gedeputeer
de Staten de raad te dwingen het ontwerp-plan aan te nemen.
De verantwoording in deze blijft bij het geme entebestuur.
Overal zijn er moeilijkheden bij het vaststellen van uitbrei
dingsplannen, waar echter met begrip en enthousiasme een plan
wordt vastgesteldkomt het goed.2odra Gedeputeerde Staten
aandrang moeten gaan uitoefenen,ontbreekt de toewijding en de
liefde voor een plan.Overigens is op dit gebied in Brabant
weinig inmenging van de zijde van Gedeputeerde Staten nodig.
De moeilijkheden voor Pijnaart spruiten voort uit de omstan
digheid dat een ontwerp-plan voor het eerst aan de orde is.
Het gaan werken met een vaste gedragslijn is een zeer moeilij
ke overgangsperiode.
Wanneer men enige jaren met een uitbreidingsplan heeft gewerkt
zal men zeggen dat men sommige dingen niet goed heeft bekeken.
Dan is er echter de wet die de mogelijkheid biedt het plan te