De Commissie stelt U verder voor de staten van oninbare
en nog te verhalen posten vast te stellen overeenkomstig
de bij de gemeenterekening 194-9 overgelegde ontwerpen.
De heer Hamers zegt het volgende:
Bij het onderzoek der gemeenterekening is hij de post
installatiekosten burgemeester" opgemerkt, dat dit niet
in orde is. Spreker kan zich echter niet tegen deze post
verklaren. Bij het vertrek van burgemeester Jhr.Mr. Quarles
van Ufford heeft de gemeente lang zonder burgemeester ge
zéten. Eindelijk kwam 'er bericht van de benoeming van bur
gemeester ter Haar. Men kan beweren, dat de gehele gemeente
verheugd was, dat er weer een burgemeester kwam. De loco
burgemeester en wethouder Akkermans meenden toen de nieuwe
burgemeester mooi en goed te installeren. Zonder erg is
toen een fout gemaakt, doordat voor de kosten van de instal
latie geen crediet gevraagd werd aan de raad, maar deze
fout kan hersteld worden. De installatie was geslaagd.
Spreker stelt voor de post van 492,17 alsnog in de re
kening op te nemen en hij wenst, dat de leden dit zullen
goedkeuren. Hij stelt dit niet voor, omdat juist de wet
houders Bom en Akkermans hierin betrokken zijn, ook als
anderen dit verzuim gepleegd zouden hebben, zou spreker
dit voorstel doen. Hij verwacht, dat over dit onderwerp
harde woorden zullen vallen, welke grievend zijn voor de
burgemeester. Toen burgemeester ter Haar in Fijnaart kwam,
was°ieder verheugd, daarom is het nu beter om de post als
nog goed te keuren.
De Voorzitter daiikt cle heer Hamers voor zijn sympathie
ke woorden. Hij zegt verheugt te zijn, dat slechts over
één post van dsze rekening aanmerkingen zijn gemaakt.
Spreker sluit zich aan bij de woorden van dank door^ de
heer Maris gericht tot de heer Bouman. Vanaf September 195<
is er maandenlang overgewerkt om de achterstand m de
administratie in te halen. Spreker brengt daarvoor hulde
aan de ambtenaren. Wat betreft de aanmerkingen op de koste:
van de installatie merkt de Voorzitter op, dat het hem me
moeilijk valt daarover te sproken, omdat hij toen nog niet
in funotie was. De post had.echter beter goedgekeurd kun
nen worden. Het voorstel van de commissie is te vergaand.
De dag van de installatie—
De dag van de installatie viel samen met een Oranjefeest.
Daarom was er veel volk op de been en hierdoor kon het ge
beuren, dat veel personeij. gebruik maakten van de gelegenheid
om de nieuwe.burgemeester te feliciteren. Er zijn hiervoor
hogere uitgaven gedaan. In de opmerking van de meerderheid
der commissie ziet de voorzitter aan aanval op de wethouders
Het is voorts weinig elegant van de commissie om uitgaven
voor installatie van een burgemeester uit de rekening te wil
len schrappen; hier had men rekening mee moeten houden.
De begrotingswijziging kon niet tijdig in de raad komen door
overdrukke werkzaamheden op de secretarie.
De heer,Bom brengt dank aan de commissie voor het verrich
te onderzoek. Wonneer men over de stukken heengelopen had,
zou deze post niet opgemerkt zijn.
Spreker erkent, dat de wethouders in overtreding zijn
geweest, maar zij meenden, dat deze zaak .tot hun competen
tie hoorde. De beslissing is aqn de raad, maar de leden
dienen daarbij te bedenken, dat de feesten georganiseerd
zijn terwille van de burgemeester en van de Koningin.
Mi schien hebben de wethouders ove^ deze zaak wat te gemak
kelijk gedacht, $aar het voorstel van de ..meerderheid der
commissie vindt spreker overdreven.
De heer H. van Dis Jzn. merkt op, dat de heer Bom wel zegt
dat het verkeerd gaan van deze zaak ligt aan de commissie
van onderzoek, maar hij zegt, dat dit ligt aan artikel 248
der gemeentewet. De raad heeft alleen te maken met de ^emeen-
tewet en niet met-gevoelskwestiesEr mogen geen uitgaven
worden gedaan zonder dat de raad crediet heeft gegeven.
De Voorzitter zegt van mening te zijn, dat de raad geen
scherprechter moet gaan spelen.
De heer Bom vraagt hoe dit gegaan is bij de installatie
van burgemeester Jhr.Mr. Quarles van Ufford.
De Voorzitter deelt mede, dat toen, zonder dat de nood-
gemeenteraad terzake is gehoord, 67,50 is uitgegeven voor
een bloemstuk en 395>07 voor veranderingen en in orde
brengen van de raadzaal. Spreker wil wijzen op de inconse
quente houding van de raad. Men moet niet meten met 2 maten.
De heer B.P. Maris meent te bemerken, dat de Voorzitter
geprikkeld is. De Voorzitter antwoord, dat de voorgestelde
maatregel niet vriendschappelijk aandoet.
De heer Maris vraagt