De-Voorzitter zegt in antwoord op de opmerkingen van de heer H.van Dis.Jzn.dat pas na drie weken de toestand van de fundering beoordeeld kon worden.Zonder ontruiming van het ge- bouw,zou een onderzoek vóór debesteding,niet mogelijk zijn geweest en zulks zou belangrijke kosten hebben gevergd. Omtrent het bouwen op een andere plaats werd door de Voor zitter gezegd,dat de plaats van-het oude gemeentehuis stede bouwkundig gezien het meest interressant is.een betere plaat: te midden van het dorpsleven,is niet te vinden.Plaatsing in het uitbreidingsplan zou het gemeentehuis doen verschijnen in een woonbuurt waar geen vestiging is te verwachten van winkels,zaken,cafés e.d. waar het dorpsleven zich concen treert Dit zou dus betekenen,dat het raadhuisrepresenterende de gemeentezich zou onttrekken aan het dorpsleven. Voordelen-financieel en in gebruikwaarde van het gebouw, zijn aan een andere plaats nietverbonden.Idieel is elke andere plaats een achteruitgang. In antwoord op de opmerking van de heer Koomans van den Dries zegt de Voorzitter dat de bouw van een politiebureau op kosten van de gemeente niet door heren Gedeputeerde Sta ten zou worden goedgekeurd. De Voorzitter zegde de heer Hamers toe,te zullen proberen het achteruitzettenj' van het gemeentehuis zo gering moge lijk te doen zijn. De ingenieurs van de Provinciale Waterstaat adviseren hierover aan Gedeputeerde Staten. Omtrent de opmerking van enige leden over de slechte voorbereiding zei de Voorzitterdat bij meerdere bouwwerken weieens tegenvallers zullen voorkomen.Onder de burgemeesters- kamer$ was wel een fundering,onder het overige gedeelte geen of althans geen bruikbare. In antwoord op de vraag van de heer Ardon zegt de Voor zitterdat als het van te voren bekend was geweest dat de funderingen onbruikbaar zijn,de aannemingssom hoger geweest zou zijn. Hiermede schorst de Voorzitter de vergadering om de archi tect Ir.'t Hooft,in de gelegenheid te stellen,vragen van de raadsleden te beantwoorden. Na her-opening van de vergadering stelt de Voorzitter de leden nogmaals in de gelegenheid de plannen te bespreken. De heer Weijnen merkt op,dat de muur van het café van W.A. de Reijer voorzieningen nodig zal hebben,waarop de Voorzitter antwoordt,dat overleg zal worden ge-pleegd met de Reijer. De heer Ardon zegt dat de jaarlijkse kasten nogal hoog zijn. Hij vraagt of het mogelijk is voor de lening een langere looptijd vast te stellen. De Voorzitter zegt dat hierover met Gedeputeerde Staten over leg zal worden gepleegd.Wellicht is het mogelijk de looptijd vast te stellen op 50 jaar. De heer Koomans van den Dries vraagt hoe het komt,dat de oorspronkelijke raming van de oorlogsschade zoveel hoger is. De Voorzitter antwoordt hierop,dat bij een latere gehouden cpntrole verschillende posten zijn geschrapt.Daardoor zal de vergoeding belangrijk lager zijn. De heer Maris vraagt of de schatting is gebaseerd op de wet materiele oorlogsschadewaarop de Voorzitter antwoordt dat bij tot standkoming van die wet,de vergoeding wellicht hoger zal zijn. De heer van Dis vraagtwaarom Burgemeester en Wethouders nu pas de raad bijeen geroepen hebben en waarom dat niet eerder is geschied.We staan nu voor een voldongen feit. Op verzoek van de Voorzitter wordt hierop door de heer 't Hooft een uiteenzetting gegeven van het verloop van de graaf en sloopwerken en de gehouden besprekingen met diverse perso nen en het College van Burgemeester en Wethouders. De Voorzitter merkt in aansluiting hierop nog op,dat deze besprekingen werden doorkruist door besprekingen met de Provin ciale 'Waterstaat. De heer van Dis zegt feierep. 'We zijn alleen gekomen om ja te zeggen.Een spoedvergadering was nodig geweest. De Voorzitter zegt hierop.Ik dank U.Ik verschil met U van mening. De heer B.P.Maris merkt nog op,dat we op een weg zijn,waarop we niet meer terug kunnen. Hierna brengt de Voorzitter het voorstel van Burgemeester en Wethouders in stemming. Dit voorstel wordt met 10 tegen 1 stem aangenomen.Tegen stem de de heer H.van Dis Jzn. De Voorzitter stelt vervolgens aan de orde 3eAanbieding gemeente-rekening 1947.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1949 | | pagina 35