zaamheden door de plaatselijke ambachtslieden te laten uit voeren. Hierna wordt het voorstel van Burgemeester en Wet houders zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Zie decimaalnummer -1.778.532.1 8Financiering bouw van 16 woningwetwoningen. Bij schrijven d.d. 31 Maart 1948 stellen Burgemeester en Wethouders den Raad voor een kasgeldleening aan te gaan van 200000,00, ten einde daaruit voorloopig den bouw der 16 arbeiderswoningen te financieren en zoodra het juis te bedrag der bouwkosten bekend is, deze kasgeldleening om te zetten in een vaste leening. Deze kasgeldleening zou dan aangegaan moeten worden voor den tijd van 1 jaar, al naar behoefte door Burgemees ter en Wethouders geheel of bij gedeelten op te nemen,tegen het door de Regeering vastgestelde rentepercentage. De Voorzitter geeft een korte toelichting op dit voorstel. De heer J.D.G.Geuze vraagt :Komt U niet in moeilijk heden met de aflossing? De Voorzitter antwoordt ontkennend. Wij krijgen een bijdrage van het Rijk. De heer Weijnen zegt van meening te zijn dat de Rijks bijdrage voor woningwetwoningen 100 bedraagt. De Voorzitter zegt dat die bijdrage 90 bedraagt. De heer H. van Dis Jzn vraagt of de gemeente eerst moet leenen en dan daarna pas voorschotten van het Rijk krijgt. De Voorzitter antwoordt bevestigend. De heer H. van Dis Jzn zegt er voor te zijn de vaste leening zoo spoedig mogelijk aan te gaan. Hierna wordt het voorstel van Burgemeester en Wet houders zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Zie deci— maalnummer -2.07.352.75* 9 Uitgifte van bouwgrond voor particuliere woningbouw Daar door enkele particulieren een aanvraag is in gediend om bouwgrond te koopen in het partieel uitbrei dingsplan der gemeente, stellen Burgemeester en Wethouders bij schrijven d.d. Maart 1948 voor, een besluit te nemen om hen te machtigen successievelijk tot verkoop van grond voor particuliere woningbouw over te gaan voor den prijs van 3,50 per M2, en tot uitgifte van den grond volgens een vooraf op te maken bebouwingsplan. De heer H. van Di3 Jzn. vraagt of de uitgifte al in kaart is gebracht. De Voorzitter zegt dat de gemeente-opzichter Nijhoff hierover een onderhoud feehad heeft met den heer van Ooijen van den planologischen dienst. Er is nog geen vast plan. De heer H. van Dis Jzn. zegt dat eerst een plan van uitgifte dient vastgesteld te worden. De Voorzitter antv/oordt hierop dat zulks behoort tot de taak van Burgemeester en Wethouders. De heer H. van Dis Jzn. zegt nogmaals dat het gewenscht is dat eerst een plan van uitgifte vast staat. De heer W.C» Grootenboer zegt dat de grond economisch moet worden uitgegeven. Er moet worden voorkomen dat waarde— looze grond overblijft. De heer H. van Dis Jzn. vraagt of er ook grond van Maris bij betrokken is. De Voorzitter antwoordt ontkennend. De heer van Dis zegt het gevaarlijk te vinden reeds tot uit gifte over te gaan. De Voorzitter zegt hierop, dat zulks aan Burgemeester en Wethouders kan worden overgelaten. Dit is uitvoering. De heer W.C. Grootenboer vraagt of de diepte van de perceelen wordt aangegeven. De Voorzitter antwoordt hierop bevestigend. De heer Weijnen vraagt of de bouwgrond ligt in den boomgaard van Maris. De Voorzitter zegt: Neen. De heer Grootenboer vraagt of er 6 woningen op dien boomgaard komenf waarop de Voorzitter zegt dat er nog niet op gebouwd wordt. De heer H. van Dis Jzn. vraagt of er ook grond bij be trokken is, die met hypotheek is belast. De Voorzitter antwoordt hierop, dat daarover een be spreking feaande is en dat hij daarover geen inlichtingen kan geven. De heer H. van Dis Jzn. zegt dat hij, omdat de raad de gelden beschikbaar heeft gesteld, niet wil bouwen(Hierbij doelende op den bouw der 16 arbeiderswoningen). Als Burgemeester en Wethouders de uitvoering hebben is het risico ook voor Burgemeester en Wethouders, waarop de Voorzitter zegt dat hij dat een erg gezocht standpunt vindt* De heer C.J. van Dis merkt op, dat Stoop heelemaal wordt ingebouwd.

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1948 | | pagina 6