het Bestuur der R.K.Jongensschool houdende verzoek om over
eenkomstig artikel 72 der Lager-Onderwijswet 1920 gelden
beschikbaar te stellen voor huur en aanschaffing van meubilair
bestemd voor de inrichting van een zesde lokaal.Onder over
legging van een ontwerp-besluit,stellen Burgemeester en Wetj
houders bij schrijven d.d.4 Februari 1947 den raad voor de
gevraagde medewerking te verleenen,aangezien de normale ei-
schen aan het lager onderwijs te stellen niet zullen worden
overschreden.
Tevens is ingekomen een schrijven van het Bestuur der R.Z.
Meisjesschool d.d.27 Januari 1947>houdende verzoek om over
eenkomstig artikel 72 der lager Onderwijswet 1920 gelden
beschikbaar te stellen voor het herstel van de oorlogs-en
bezettingsschade aan de inventaris van deze school.Burge
meester en Wethouders stellen den raad voor ook hiervoor de
gevraagde medewerking te verleenen.
Bog is ingekomen een schrijven van het Bestuur der Hervormde
Christelijke, school te Fijnaart,d.d.31 October 1946 houdende
verzoek om overeenkomstig artikel 72 der Lager Onderwijswet
1920 een lokaal voor deze school beschikbaar te stellen.
Burgemeester en Wethouders stellen den raad voor ook hier
voor de gevraagde medewerking te verleenen.
De Voorzitter zegt dat alle scholen in deze gemeente van den
oorlog te lijden hebben gehad,êèn school is geheel vernietigd,
andere scholen zijn gehavend of het meubilair en de leermid
delen zijn weg of beschadigd.Het gemeente-bestuur heeft
terzake een declaratie van f 150.000.=aan den Haag gezonden,
maar er komt geen geld.
Nu komen er verzoeken van schoolbesturen om voor aanschaf
fing van de meest noodzakelijke leermiddelen gelden beschik
baar te stellen.Het gemeente-bestuur vraagt zich af of het
op de lange baan schuiven van de behandeling dezer verzoeken
wel verantwoord is
Het Rijk betaalt niet,van den anderen kant vinden Burgemees
ter en Wethouders het verkeerd dat het onderwijs hierdoor
belemmerd wordt.Wanneer de financieele regeling door het
Rijk spoedig kwam,kan de gemeente wel uit haar kasgeld fi-
nancieeren,anders zou zij een leening moeten sluiten.Burge-
meester en Wethouders wenschen derhalve de meening vamn den
raad te weten over de vraag moet de gemeente de schoolbe-
sturen tegemoet komen of moeten deze wachten op de financi
eele rijksregeling.
De heer J.T.Ardon is van meening dat de gemeente moet helpen
omdat het onderwijs al jaren lang geleden heeft.We moeten zoo
ver we kunnen gaan ,het onderwijs ter wille zijn,vervolgt
spreker.
De Voorzitter zegt dat de moeilijkheid zit in een te sluiten
leening voor de betreffende uitgaven.De gemeente moet rente
daarvan betalen over een looptijd van 20 a 25 jaren,een Clau
sule,dat,bij vaststelling van de schadevergoeding door het
rijk,de leening zal worden afgelost,kan misschien niet in de
le enings-voorwaar den worden opgen'om'en. Wanneer het Rijk na een
jaar met geld komt,is dit te schadelijk voor de gemeente,in
dien de leening niet kan worden afgelost.
De heer H.van Dis Jzn merkt op dat straks esn aanvrage van
de school te Zwingelspaan zal komen voor een nieuwe school.
We zullen daaraan moeten voldoen,evenals aan andere aanvragen.
Wat is nu het geval,vraagt spreker.De raad zal lokalen moeten
geven.De school te Zwingelspaan,deze nu als voorbeeld nemende
is vernietigd en vraagt lokalen.De rekening hiervan kan de
gemeente aan het Rijk presenteeren,omdat her oorlogsschade
betreft,maar het Rijk zal geen geld voorschieten.
De Voorzitter vraagt zich af wat de'voor deze zaak ingestelde
commissie zal doen.Voor kleine gemeenten is het bezwaarlijk
om voor deze doeleinden veel geld beschikbaar te stellen.Wat
verstaat de heer H.van Dis onder een aanvrage ex. art.72,ver
volgt spreker.Haar de meening van den Voorzitter valt oorlogs- I
schade er niet onder.
De heer H.van Dis Jzn.merkt op dat bij particulierenbouw de
ondernemer gaat ^e\tellen en het Rijk betaalt.maar geen voor-
schotten verleent.
De Voorzitter zegt dat het Rijk voor woningen het bedrag der
vergoeding in termijnen voorschiet.
Dé heer H.van Dis vraagt'hoe de financieele regeling voor her
stel van woningen is
De heer W.C.Grootenboer zet deze regeling in het kort uit een
en zegt dat dezelfde regeling voor scholen mogelijk is,maar
dat dit groote onkosten voor de gemeente meebrengt.
De Voorzitter deelt mede dat sroor de school te Zwingelspaan
een bedrag van f 2.000.= noodig zal zijn voor de noodzakelijk
ste leermiddelen en schoolbehoeften.Moet de gemeente nu voor
deze meest primaire behoeften helpen./7
De heeren W.C.Grootenboer en P.F.Weijnen zijn van oordeel dat
di± noodig is.