Le heer H.van Bis Jzn zegt dat het hem een groot genoegen doet dat een sluitende begrooting is verkregen.Volgens spreker zeggen de cijfers niet zooveel als de posten waar aan ze besteed worden.Het batig saldo is laag.Spreker ver moed dat de raad in 1947 dikwijls voorstellen tot wijZ - ging dezer begrooting zullen worden gedaan. Hij heeft den indruk dat de cijfers der uitgaven gedrukt zijn maar ook die der inkomsten en verwacht een hoogere uitkeerink uit het gemeente-fonds.Spreker complimenteert de secretaris met dit werk en kan zijn volle goedkeuring aan de begrooting geven. Be Voorzitter vindt het bedrag geraamd voor onvoorziene ui - gaven ook laag.Burgemeester en Wethouders waren ook verbaasd^ dat dit resultaat was bereikt en groote bokkensprongen zul len niet worden gemaakt.Vermoedelijk zal de straatbelasting meer opbrengen dan geraamd is.Be begrooting voor het dienst jaar 1947 wordt hierna zonder hoofdelijke stemming vastge steld en wel wat de gewone dienst betreft in inkomsten en uitgaven tot een gelijk bedrag van f 249162,02 en wat de kapitaaldienst betreft aan inkomsten en uitgaven tot een gelijk bedrag van f 329540,58. 5.Heffing opcenten personeele belasting.belasting jaar 1947/ 1948. Bij schrijven d.d.3 Bebruari 1947 stellen Burgemeester en Wethouders onder overlegging van een ontwerp-besluit.voor over het belastingjaar 1947/1948,150 opcenten te heffen op de hoofdsom der personeele belasting. Zonder eenige discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt dit voorstel aangenomen en de ontwerp-verordening vastgesteld, 6.Beschikbaar stelling bedrag per leerling voor de openbare lagere scholen over 1947.Onder overlegging van een ontwerp besluit stellen Burgemeester en Wethouders voor het bedrag per leerling voor het openbaar lager onderwijs voor 1947 vast te stellen op^13,49. Be Voorzitter zegt Vat dit bedrag vorig jaar vastgesteld was op f 11,=.Be oorzaak van de verhooging is gelegen in de circulaire van Gedeputeerde Staten der provincie waarin normen voor onderwijs-uitgaven zijn aangegeven. Burgemeester en Wethouders willen tevens voorstellen het bedrag sran f 13,49 per leerling voor de bijzondere lagere scholen voor 1947 beschikbaar te stellen, donder eenige discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van Burgemeester en Wethouders en de ontwerp besluiten vastgesteld. 7~i Herziening gemeente-begrooting 1946. De Voorzitter deelt mede,dat de begrooting voor het dienst jaar 1946 is omgewerkt en dat het/ resultaat is dat de oor spronkelijk op f 39.000.= geraamde rijksbijdrage in het be- grootings-tekort thans kan worden geraamd op f 19.000.= Hierna wordt zonder eenige discussie en zonder hoofdelijke stemming besloten de begrooting voor het dienstjaat 1946 vast te stellen en wel wat betreft de gewone dienst :de inkomsten en uitgaven tot een gelijk bedrag van f 333.115,84; wat be treft de kapitaaldienst de inkomsten en uitgaven tot een ge lijk bedrag van f 356649,36. 8. Wijziging verordening hondenbelasting. Bij schrijven d.d.Januari 1947 stellen Burgemeester en Wet houders onder overlegging van een ontwerp-besluitvoor de verordening op de heffing van een hondenbelasting in deze ge meente te wijzigen in dien zin,dat aan artikel 3,een nieuw lid,d,wordt toegevoegd,luidended voor eiken hond als be doeld in artikel 16,sub k der jachtwet 1923 f 100.=per jaar, met dien verstandedat deze verhoogde belasting niet verschul digd is voor honden,waarvan de houderr op 1 Januari 1941,lid was van een vereenig.ing tot bevordering van het fokken van honden. De Voorzitter deelt mede dat verscheidene omliggende gemeenten een dergelijke bepaling in de verordening op de hondenbelas- ting hebben opgenomen. De heer P.P.Weijnen vraagt wat een lange hond" is. De Voorzitter zegt dat art.16 der jachtwet daarover spreekt en dat er verder tal van Arresten van den Hoogen Raad over deze kwestie zijn. Verscheidene andere leden vragen hieromtrent nadere inlich tingen, v/elke door den Voorzitter worden verstrekt. De Heer C.G.Kannekens vraagt of de lange honden mogen loslooper De Voorzitter antwoordt dat dit buiten het behandelde onder werp gaat.Overigens is dit reeds vastgesteld in de algemeene politie-verordening Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten overeenkoms- tig het voorstel van Burgemeester en Wethouders de ontwerp verordening vastgesteld. 9Aanvraag gelden artikel 72 der lager Onderwijswet 1920. De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen een schrijven van

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1947 | | pagina 4