3. S ALAR IS HER ZI EN ING GEMEENTE-VROEDVROUW
Ter tafel komt een schrijven van burgemeester en wethou
ders, d.d.7 November 1938, waarbij, onder overlegging van het
advies van den Bond van Nederlandsche Vroedvrouwen, de wen-
schelijkheid wordt uitgesproken om het salaris van de gemeen
te-vroedvrouw te bepalen op een vast bedrag van ƒ1000,- per
jaar, waarvoor door haar dan de zoogenaamde gratis verloskun
dige hulp aan armlastigen moet worden verleend, zoo dikwijls
en in die gevallen als door burgemeester en wethouders wordt
noodig geoordeeld.
De heeren C.J.van Dis en P.N.Snijders vragen eenige in
lichtingen omtrent de onderwerpelijke aangelegenheid. De
Voorzitter geeft de noodige toelichting.
Hierna wthrdt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke
stemming besloten:
1de instructie voor de vroedvrouw belast met de armenprak
tijk in de geme nte Fijnaart en Heijningen,vastgesteld bij
raadsbesluit van 22 Juni 1927,te wijzigen als volgt:
Eenig artikel.
Artikel 5 wordt gelezen: "Voor het verrichten van de in
art. 2 genoemde diensten ontvangt de vroedvrouw een jaarwed
de van ƒ1000-
2. te bepalen, dat dit besluit in werking zal treden op 1 Ja
nuari 1939.
(Zie decimaal nummer -2.08 en -2.08.3
4. SALARISHERZIEKING- GEMEENTEBODE
In behandeling komt een schrijven van Ant.van den Hout,
gemeentebode,alhier,d.d.16 November 1938,houdende verzoek om
verhooging van zijn salaris als gemeentebode.
Bij schrijven van 21 November 1938 stellen burgemees^r en
wethouders, onder overlegging van het advies van den Neder-
landschen Bond van Gemeente-Ambtenaren, voor, het salaris
van den bode met ingang van 1 Januari 1939 te bepalen op
500,- per jaar.
De heer A.G.Verhaart zegt, dat het hoofdbestuur- van boven-
genoemden bond adviseert het salaris van den gemeentebode te
bepalen op ƒ700,- 's jaars. Spreker vraagt welk bezwaar bur-
gemeester en wethouders daartegen hebben.
De Voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders een
jaarwedde van ƒ500,- voldoende achten. Hierna wordt zonder
hoofdelijke stemming besloten het salaris van den gemeentehof1
met ingang van 1 Januari 1939 vast te stellen op ƒ500,- per
jaar. (Zie decimaal nummer -2.08
_5. SUBSIDIE VAKSCHOOL V1ASBENERKERS.
De Voorzitter stelt hierna aan de orde een schrijven van
het Comité tot oprichting eener vakschool voor vlasbewerkers
in Westelijk Noord-Brabant d.d. September 1938, houdende ver
zoek om een gemeentelijke subsidie.
Bij schrijven van 7 November 1938 stellen burgemeester en
'wethouders voor ten behoeve van genoemde vakschool een jaarlijk-
sche subsidie uit de gemeentekas toe te kennen van 10,- per
in de gemeente Eijnaart en Heijningen wettige woonplaats hebben
den leerling,een en ander met dien verstande, dat de totale
subsidie nimmer meer zal mogen bedragen dan 250,- per jaar.
De Voorzitter geeft omtrent de onderwerpelijke aangelegen
heid nadere toelichting.
De heer C.J.van Dis Pzn. vraagt of het reeds bekend is
waar de school komt te staan en of het aantal leerlingen al
bekend is.
De Voorzitter zegt, dat de school te Standdaarbuiten zal
worden gevestigd, rat aantal leerlingen is evenwel nog niet
bekend.
De heer H.van Dis vindt dat er in het voorstel van bur
gemeester en wethouders een zekere inconsequentie ligt. Spre
ker is voor subsidie voor onderwijs, maar voor de vlasschool
geeft het Rijk al subsidie. Aan den cursus voor het midden
standsdiploma aldus spreker, wordt maar ƒ4,- per leerling
gegeven.
De Voorzitter zegt, dat een vereeniging, die om subsidie
vraagt, de noodzakelijkheid van de subsidieering zal,moeten de-
monstreeren. Een middenstandsvereeniging vroeg om subsidie voor
haar cursus. We hebben die vereeniging toen ƒ4,- per leerling
en per jaar toegezegd. Toen is op daartoe gedaan verzoek aan
een andere middenstandsvereeniging voor een cursus eveneens
4,- per leerling en per jaar toegekend. Als de vereenigingen
nu kunnen aantoonen dat met genoemd subsidie-bedrag de cursus
niet in stand gehouden kan worden,dan zal een herziening van
de subsidie noodig zijn.
De heer B.P.Maris meent, dat een subsidie van 250,-
per jaar voor de vakschool voor vlasbewerkers zal noodig zijn;
De heeren C.J.van Dis Pzn. en A.Hamers pleiten voor toe
kenning van een subsidie van ƒ250,- per jaar.
De heer A.G.Verhaart zegt, dat den laatsten tijd steeds
werd beknibbeld op de subsidies van plaatselijke vereenigingen.
Spreker vindt het daarom goed het voorstel van burgemeester en
wethouders te aanvaarden.