De Voorzitter zegt, dat zooals de heer van Dis mededeelt door de Regeering f. 2000000,- is uitgetrokken, we daarover al niet meer behoeven te praten, die zullen dan wel komen, zegt spreker, doch de heer van Dis wil een kolentoeslag. De heer A. Hamers ondersteunt het voorstel van den heer C. van Dis. Spreker zou ook nog een kerstgave willen geven. Spreker gelooft, dat daarvoor ook door de Rejgeering een bedrag is uitgetrokken. Misschien is het niet noodig dat ik het zeg, aldus spreker, maar als we de menschen, die niet in de werkverschaffing kunnen komen, de allerarmsten, eens een bijdrage konden geven gelijk aan het steunbedrag, een toeslag op de kassen. De kas geeft nu f. 8,1|.0 en dat zou ik willen aanvullen. We moeten, niet vergeten, dat er menschen zijn, die van November af en al eerder werkloos waren en dat die niet van de steun kunnen leven. Die menschen moeten iets extra*s hebben, zegt spreker. De heer P. van Alphen zegt, dat als hij het goed weet, op die bonnen 7° toeslag wordt gegeven. De Voorzitter zegt, dat als de heer van Alphen meent dat we 70subsidie krijgen op de kolenbonnen', spreker het niet juist weet. We kunnen dezel-fde subsidie krijgen als op de. werkloozensteunOp toeslag voor de kassen wordt sub sidie gegeven. De kolentoeslag-subsisie zou voor onze ge meente bedragen. Spf^ker wil voorts het volgende opmerken. Wanneer er menschen zijn die willen werken en geen werk kunnen krijgen en zitten te kampen met werkloosheid, die menschen zijn de ongelukkigste in de maatschappij. Nu moeten v/ij voorzichtig zijn om een ongelukkige uit te buiten. We moeten geen ge barest maken en niets geven. We moeten geen gedachten opwekken. Wanneer ik opeens in een vergadering van v/erkloozen zat te beweren, dat de menschen f. ij.,- a f. 5>~ meer steun moeten hebben, dan wordt er geapplaudiseerd, maar dan spiegel ik de menschen iets voor dat ik niet kan nakomen. Als men iets zegt moet men ook verzekerd zijn dat men het ook kan geven, anders doet men de menschen pijn. Spreker zal eens precies zeggen hoe het is. De kolentoeslag is voor onze gemeente van geen waarde. Het is zelfs een gevaar, want er is niemand die zal beweren dat iemand die niet werkt meer moet hebben dan iemand die v/el werkt. De maximum steun is hier f. 10,80, dat is gelijk aan het loon. Wordt hierbij f. 1,- toeslag gegeven dan gaat die steunnorm pmlaag want dan blijkt dat die te hoog is. Wat de Kerstgave betreft hebben Burgemeester en Wethouders besloten om aan diegenen, die uit de kassen trekken en minder ontvangen dan de steuntrekkenden een kerstgave te willen geven van 35$ van het steunbedrag. Het is echter niet voor hen, die meer trekken of gelijk staan met de uitkeerirag volgens de steunregeling. De heer C.J. van Dis vraagt hoe hoog dan de Kerstgave wordt. De Voorzitter zegt, dat deze 35$ bedraagt van hetgeen ze uit de kas trekken, maar let wel, zegt spreker, dat is voor de landarbeiders. De fabrieksarbeiders vallen hier niet onder omdat die f. 10,I).0 trekken. De heer A. Hamers zou de Kerstgave voor langer dan een week toegekend willen zien aangezien de menschen zoo arm zijn. De Voorzitter merkt op dat de armsten bij de werkverschaf fing worden geplaatst. Hierna sluit de Voorzitter de vergadering. De Secretaris, De Voorzitter,

Raadsnotulen

Fijnaart en Heijningen: 1934-1995 | 1934 | | pagina 32