- 76 - diverse verzoeken ingediend om gekend te worden bij de indeling en toewijzing van deze wooneenheden. Pas in 1979 is hierop geantwoord met de mededeling, dat door een misverstand niet eerder hieraan gevolg is gegeven. Verder staat in het antwoord, dat voor 1979 dit onmogelijk zal zijn en voor wat betreft 1980 dit nog bekeken zal worden. Gezien de datum waarop deze verzoeken ingediend zijn, dringt mevrouw Zuijdwijk aan om alsnog de plaatselijke raad voor het bejaardenwerk te kennen in de indeling en toe wijzing van deze wooneenheden. Met instemming van mevrouw Zui|dwijk deelt de voorzitter mede, dat haar vraag beantwoord zal worden bij de behandeling van agendapunt 19, omdat dit agendapunt inhoudelijk over bouwplannen gaat. Mevrouw Jacobs vraagt hoe de differentiatie zal zijn tussen aanvragen van alleenstaanden tegenover de tweepersoons huishoudens. De voorzitter deelt mede, dat ook hierop bij de behandeling van agendapunt 19 teruggekomen zal worden. Overeenkomstig voorstel en advies wordt hierna zonder hoofdelijke stemming besloten. 13. Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie voor openbare werken en eigendommen, van algemeen financieel beheer, belastingen en middenstandszaken en van ruimtelijke ordening en economische zaken wordt zonder hoofdelijke stemming besloten: a. om in principe te besluiten, dat in de loop van dit jaar een voorbereidingsbes1uit zal worden vastgesteld, om vooruitlopend op de planologische inpassing, medewerking te kunnen verlenen voor de bouw van de fiets-/voetgangerstunne1s en de toe- leidende routes; b. om in principe te besluiten, dat de financiële consequenties van de aanleg van de tunnels en de toeleidende routes -voorzover deze niet door het rijk worden gesubsidieerd- voor rekening van de gemeente zullen worden genomen. De heer van Goorbergh zegt, dat in de notulen van de commissie financiën bepaalde punten van het C.D.A. waren weggevallen. Hij gaat daarom over tot herhaling van deze punten. Allereerst dat het C.D.A. het eens is met het optrekken van het investerings bedrag van 300.000,-- naar 400.000,--, met als achtergrond gedachte, dat het meerbedrag besteed zal worden om dusdanige voorzieningen te treffen, dat maximaal gebruik kan worden gemaakt van de fiets/voetgangerstunnel onder de rijksweg, zodat de oversteek bij de Couperuslaan in mindere mate zal plaatsvinden. Verder is in de commissie financiën gezegd, dat er problemen te verwachten zijn bij de uitvoering van de werkzaamheden. Met name bij de afsluiting van de Frederik van Eedenstraat/Anna van Berchemlaan, zullen problemen rijzen met betrekking tot de bereikbaarheid van een aantal bedrijven. Daarom dringt hij met klem op aan dat de best mogelijke voorzieningen getroffen zullen worden om de bereikbaarheid zo goed mogelijk te doen plaatsvinden. Tenslotte is in de commissie gezegd, dat indien door de werkzaam heden aantoonbare schade is toegebracht, het college in overweging moet nemen wat er ter compensatie hiervoor dan moet gebeuren. De heer van Kuijck zegt nog steeds bezwaar te hebben, dat de gemeente de restende 20% voor de aanleg van de tunnel moet bijdragen, gezien het feit, dat de rijksweg door het rijk is aangelegd Toen had rekening gehouden moeten worden met de nu ontstane

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1979 | | pagina 238