- 58 -
Vraag 3/3. Ten aanzien van de Brandseweg heeft u geluiden vernomen
over de hoge bedragen voor de exploitatie van het plan en dat de
grondprijzen zo hoog zouden zijn.
Eerst zal het ambtelijke concept in de vergadering van burgemeester
en wethouders behandeld moeten worden en daarom 1 ijkt het mij prematuur
hierover veel te zeggen.
In de commissie- en raadsvergaderingen zal de exploitatie ook nog
aan de orde komen.
Dat de raming van het plan hoog is en dus een kostbaar plan, staat
wel vast.
Vraag 5. Met betrekking tot invloed op behoud van karakteristieke
gebouwen zegt de voorzi tterde problemen liggen bij panden die niet
op de monumentenlijst zijn geplaatst. Door verlenen van bouwvergun
ningen is er een zekere invloed op de boerderijen die een overleg
met de architeckt en welstandstoezicht nodig maakt. Toch is dit een
moeilijke zaak en in de toekomst mogelijk te bepalen op een inven
tarisatie van die gebouwen, die een identiteit bezitten.
Ook de subsidieregeling biedt geen uitkomst. Via eigen vakbladen
wordt de agrariër geattendeerd op de waarde van oude gebouwen.
Toch blijven we alert om deze gebouwen te behouden, die niet op de
monumentenlijst staan, daar de gebouwen op de monumtenten1ijst een
geheel andere procedure hebben.
Vraag 6. Met betrekking tot het distributie planologisch onderzoek
inzake winkels aan het van Bergenplein wordt toegezegd, dat naar
aanleiding van de vraag, dat dit plan niet aan de realiteit voldoet,
omdat er winkels gesloten zijn, dit nog nader onderzocht zal worden
in het kader van het distributie planologisch onderzoek. (V.V.D.).
Vraag 15. De voorzitter kan geen toezegging doen. Allereerst doet
bureau voorlichting veel werk inzake publicatie in samenwerking met
de pers, zoals bijvoorbeeld kolommen met als opschrift "Markt één".
Spreker merkt op, dat in de dagbladen reeds vele vaste plaatsen
gereserveerd zijn, terwijl de weekbladen regelmatig nieuwsbrieven
ontvangen van bureau Voorlichting ter informatie. De medewerking van
de pers zal wel gevraagd worden om aan de vraag van de P.v.d.A.
tegemoet te komen.
Mevrouw Geerts deelt mede een bedrag van 10.000,-- voor deze voor-
lichting beschikbaar te maken op de begroting, is gevraagd in de
algemene beschouwing door haar fractie.
De voorzitter zegt nadrukkelijk, dat voor het regelmatig schrijven
van artikels onder redactie van het bureau voorlichting, geen tijd
beschikbaar is en naar zijn mening geschiedt de voorlichting naar
volle tevredenheid, waarbij hij verder opmerkt: we zijn met die voor
lichting continu bezig en daarom willen we de mogelijkheden samen
met uw raad verder uitdiepen.
Vraag 17. Namens het college zegt de voorzitter toe, in de commissie
algemene zaken ter sprake te brengen hoe en wat te publiceren inzake
het rampenplan. (P.v.d.A.).
Vraag 18. Omtrent de postboxen ontvangt de raad nog nader bericht.
In verband met de vraag merkt hij op, dat de postboxen door raadsleden
regelmatig moeten worden geledigd daar anders in de pers het nieuws
eerder gelezen kan worden. In elk geval worden de stukken, die
geen spoedeisend karakter hebben, direct vermenigvuldigd en over de
postboxen verspreid (P.v.d.A.).
Vraag 11. Met betrekking tot de vraag om instelling van een commissie
voor beroeps- en bezwaarschriften wet Arob deelt de voorzitter mede,
dat een commissie wel mogelijk is, maar dat de procedure van een
beslissing namelijk de behandeling door het college en het bezwaar
schrift en beroep daarop ook in overeenstemming met de wet Arob is.
Het beslissende orgaan overweegt de beslissing en toetst die beslissing
weer aan de overwegingen bij een bezwaarschrift.