- 121 - tegenstander is geweest van dit raadsbesluit (in meerderheid genomen met alleen de fractie van de P.v.d.A. tegen) en het is begrijpelijk, dat de P.v.d.A. deze gelegenheid te baat neemt haar standpunt naar voren te brengen Maar wat ons verbaast van het C.D.A., mijnheer de voorzitter, een CD.A.samengeste 1d uit o.a. vijf partijen die verleden jaar vÓÓr verkoop van gemeentelijk woningbezit hebben gestemd is dat men zelfs wil overwegen (zie antwoord C.D.A. aan P.v.d.A) "terughoudendheid" in de verkoop van gemeentelijk woningbezit te betrachten. Regeren is toch vooruitzien Mijnheer de voorzitter, in juni 1977 werd bij raadsbesluit (met alleen de P.v.d.A. tegen) de inwoners van Etten-Leur de kans gegeven, zo zij daarvoor in aanmerking kwamen, hun woning te kopen en daarbij'mede een verwachting gewekt bij mensen die graag over enkele jaren in het bezit van hun woning willen komen. In augustus 1978 -krap een jaar later- gaat het C.D.A. voor accoord bevinden een te verwachten P.v.d.A. minderheidsnota op dit punt op haar waarde te wegen. Dit gaat ons te ver. M i n de rheidsnota's kunnen te allen tij de wo rden i nge b rach t i n de komende vier jaren en dan op hun merites worden bekeken. Waarom nu reeds een uitzondering maken voor deze aangekondigde minderheidsnota, waar er misschien vele andere zullen worden ingediend De V.V.D., mijnheer de voorzitter, is ook de komende vier jaren voor verkoop van gemeentelijk wo ningbezit aan hen die dit wensen en daarvoor in aanmerking komen. Het is onjuist verwachtingen te wekken bij a.s. kopers en dan maar zelfs te willen overwegen binnen zo korte tijd hierover weer een discussie mogelijk te maken. Hoe rijmt het C.D.A. dit met bladzijde 3 van het C.D.A. programma 1978 - 1982 Etten-Leur, n.l. "bevorderen van eigen woningbezit" Mijnheer de voorzitter, onze wens te weten of dit accoord, zoals weergegeven door de P.v.d.A. met Namens en Namens inderdaad getekend is, zal u duidelijk zijn. Wat betreft de op voorstel van burgemeester en wethouders door de raad te benoemen raadsleden in de commissies ex art. 62 van de gemeentewet, zullen wij het nieuwe college van burgemeester en wethouders de wensen van de V.V.D. voorleggen. Met betrekking tot de Bestuurscommissie Sociale Zaken ex art. 61 van de gemeentewet geven wij nu reeds aan dat wij de heer J. van Harssel gemeenteraadslid van de V.V.D.candidaat stellen voor het af te vaardigen raadslid naar deze commissie. V/ij weten ons hierbij gesteund door de fractie van de lijst van Kuijck en de fractie van D'66. Mijnheer de voorzitter, voor het overige willen wij niet op het in grote lijnen uitgestippelde C.D.A./P.v.d.A.-programma vooruitlopen. Wij zullen deze beleidsafspraken nauwkeurig volgen en deze toetsen aan de V.V.D. Visie Gemeenteraadswerk. Mijnheer de voorzitter, na deze opmerkingen willen wij besluiten met de hoop dat de hedenavond aangewezen wethouders in het college van burgemeester en wethouders -in samenwerking met de gemeenteraad, de ambtenaren en de burgerij- zullen blijven werken aan het doel dat ons aller doel moet zijn: goed leven, wonen en werken in Etten-Leur. Wij wensen de wethouders geluk met hun benoeming en wij spreken tot slot de hoop uit, dat bij dit college de gedachte zal leven dat democratie méér is dan de helft plus een." Hierna geeft de voorzitter het woord aan de heer Lucassen. "Mijnheer de voorzitter, dames en heren, Bij deze start van de nieuwe raadsperiode heb ik er als nieuwe fractie behoefte aan af te wijken van het gebruik van stilzwijgend accepteren, zoals dat voorheen plaats vond bij andere politieke verhoudingen. Mijnheer de voorzitter, al heb ik enige jaren raadservaring opgedaan als onafhankelijk lid, met D'66 is er een nieuw element in de raad van Etten-Leur gekomen. D'66 onderscheidt zich van andere groeperingen in de uitdrukkelijke zorg om de democratie, een groot goed in Nederland, die in meerdere partijen,

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1978 | | pagina 295