- 54 -
van de aannemer wordt vastgesteld op 465-000 Achter dit verschil
zet hij een vraagteken. Volgens zijn mening zal het aanhouden van dit
voorstel om alsnog meerdere aannemers te vragen kunnen stuiten op pro
blemen binnen de aannemerswereld. Hij vindt, dat getracht moet worden
om via de begroting te komen tot een zgn. eenheidsprijzenlijst, en dan
het werk in regie te laten uitvoeren.
De voorzitter zegt, dat het college ook van mening is, dat het bedrag,
dat nu uit de bus is gekomen, zeer teleurstellend is. De architect, die
dit plan opgezet en begroot heeft, is van een te optimistische begro
ting met tè beperkte werkzaamheden uitgegaan; en uit dien hoofde zijn
er cijfers geproduceerd, die in de realiteit niet haalbaar lijken.
Het stichtingsbestuur is daarom van mening, dat het laatste woord
hierover nog niet gezegd is en zal daarom met de aannemer rond de
tafel gaan zitten om te bekijken of het op een of andere manier mogelijk
zal zijn bezuinigingen toe te passen. Tevens deelt de voorzitter aan
mevrouw Zuijdwijk mede, dat dit wel degelijk een A.CW.-object is.
Dit houdt in, dat er een strenge datum aan verbonden is. De datum is
inmiddels verlopen, maar met de grootst mogelijke moeite is er uitstel
verkregen; verder uitstel zal de subsidiëring in gevaar brengen. De
voorzitter adviseert de raad niet tot aanhouding van dit voorstel over
te gaan.
Mevrouw Zuijdwijk vraagt of Monumentenzorg ook net zo optimistisch is
geweest als de architect. Tevens vraagt ze wanneer de datum verlopen is
en tenslotte vraagt ze naar de financiële situatie van het Paulushofje,
waarvan niets bekend is.
De voorzitter zegt toe, dat aan het stichtingsbestuur gevraagd zal worden
hun financiële overzichten aan de raad te overleggen. Het is hem bekend
dat het stichtingsbestuur een onderhoudsfonds heeft, waarin een bedrag
van 43.000,-- zit. Dit onderhoudsfonds is nodig om b.v. het schilder
werk, welk werk niet in dit restauratieplan is opgenomen, te bekostigen.
Op de vraag van mevrouw Zuijdwijk wanneer de termijn verlopen is, deelt
de voorzi tter mede, dat dit 1 februari 1978 was, en met de grootste
moeite is hierin uitstel verkregen.
Mevrouw Jacobs merkt op, dat de prijsopgave van 465-000,-- door Bouw
en Woningtoezicht gecontroleerd is en dat deze de prijs reëel acht.
Ze vraagt of de opgave van de architect ook gecontroleerd is door Bouw
en Woningtoezicht.
De voorzitter deelt mede, dat de opgave van de architect wel gecontroleerd
is, maar vanwege de datum van 1 februari 1978 moest alles zo snel mogelijk
gebeuren, met het gevolg, dat er zaken min of meer naast elkaar hebben ge
lopen
Toen later een gesprek met de aannemer plaats vond, met een open begroting,
bleek dat de cijfers niet meer juist waren. Het stichtingsbestuur zal
trachten in overleg met de aannemer op bepaalde posten te bezuinigen.
Mevrouw Zui jdwi j k zegt dat,indien Monumentenzorg niet meedoet met fase B,
dan kost het Paulushofje de gemeente per jaar 34.750,-- en als Monumenten
zorg wel meedoet dan kost het d|e gemeente 17.500,--. Ze vraagt of er geen
tussenweg is om de exploitatielast te verminderen, b.v. door het verstrekken
van een lening. Zij zegt, dat het stichtingsbestuur ook inkomsten heeft
en zodoende kan de stichting met de verstrekte lening de exploitatielast
verminderen
De voorzitter deelt mede, dat de inkomsten van de stichting zeer gering
zijn, omdat een hele lage huur wordt gevraagd voor de huizen, en daar
staat tegenover dat het onderhoud veel en veel hoger ligt. Met het ver
strekken van een lening zal deze moeilijkheid niet opgelost kunnen worden.
Mevrouw Zuijdwijk zegt, dat door het ontbreken van een financiëel over
zicht zij niet kan weten of de inkomsten en de kosten van onderhoud veel
of wein ig zijn.