- 22 - De burgemeester overhandigde hierna de enveloppe met inhoud en bood mede namens de personeelsvereniging een feest aan in De Nobelaer. Nadat de voorzi tter onder applaus de enveloppe aan de jubilaris heeft overhandigd, verleent hij het woord aan de nestor van de raad, de heer van Kuijck. Deze richt zich als volgt tot de secretaris: "Geachte secretaris, het is mij een genoegen, dat ik mede namens het hele college, u mag feliciteren met uw zilveren ambtsjubileum als secretaris van onze gemeente. Secretaris, wij zijn beiden import in deze gemeente. Ik dacht echter, dat Etten-Leur toch een stuk van ons leven is gewordenwaarin wij beiden veel hebben beleefd en hopelijk nog mogen beleven. U kwam als jongeling naar deze gemeente, bruisend van energie,u had hier een mooie jeugd, dat weet ik, omdat ik vele jaren van uw levensloop mocht meemaken. Uw jonge jaren in het oude gemeentehuis, ofwel in dit gedeelte, met Jan Mol, Piet v.d. Leest, wijlen secretaris Nooijens en de familie Janus en Dientje Vergouwen, waar u thuis was, waren zeker, buiten uw ernstige studie, jaren van plezier en kattekwaad. Vooral dit laatste schuwde u niet. Als ik al die verhalen nog eens op moest sommen, dan zouden dat ve11 en vo1 zijn. U was slim, dat is bekend, dat was u op het voetbalveld en ook in uw werk. Toch kende u ook angst. Weet u nog secretaris, dat u vroeger niet door het sleutelgat kon, maar wel door het loket? Er was eens een groot me ningsverschil tussen u en een man uit Rucphen. Deze laatste was zo kwaad, dat hij u - u was toen niet zo groot van stuk - door het loket trok. Kort hierop was er een zittingsdag in die gemeente. U liep toen dagenlang rond om hier van af te komen, wat u uiteindelijk lukte. En weet u ook nog, u sliep in die jaren ook in het gemeentehuis en kwam wel eens laat thuis. Het is meen ik, dan ook een keer gebeurd, dat, toen u zich lekker te ruste wilde begeven, het binnenste van uw bed gevuld was met puntige straatkeien, waarop u het blijkbaar toch de hele nacht ui thield Ja, zulke anecdotes zijn er ontelbaar en zouden een boek kunnen vullen, al bleef het gelukkig altijd binnen de perken, maar in die tijd kon en mocht er veel Maar secretaris, het is niet de bedoeling alleen terug te denken aan uw jeugd, maar zeker om de aandacht te richten op uw werk van de laatste 25 jaar. Ik dacht, dat de gemeenschap en dat wij wij dan allemaal, tevreden met u zijn. U heeft zich in de loop der jaren doen kennen als een hard werkend, intelligent ambtenaar, die wist wat hij wilde, al waren er daardoor wel eens spanningen, maar het is altijd goed gegaan. In ieder geval heeft u in deze jaren geweldig meegepionierd aan de ont wikkeling van onze mooie gemeente en uw in- en doorzicht hebben zeker veel bijgedragen tot datgene wat nu hier is bereikt. Er is u wel eens verweten, dat u een huid had als een olifant, maar die huid secretaris moest soms stevig zijn om alles op te vangen. In ieder geval is door die standvastigheid heel veel in de gemeente bereikt, wij zijn u hier dankbaar voor. Secretaris, wij kennen elkaar zo'n 40 jaar, ik heb heel uw loopbaan van nabij meegemaakt, u kreeg nogal eens een balletje toegeworpen, maar u wist dat altijd op de juiste, scherpzinnige manier terug te kaatsen. Een bewijs van uw sportieve opvattingen. ik zou nu echter te kort schieten, als ik bij deze huldiging niet uw vrouw zou betrekken. U had de zorgen hier, uw vrouw had die thuis bij haar gezin, een sportief gezin. Zij heeft zich altijd zeer bescheiden op de achtergrond gehouden, maar zij is voor u zeker een grote steun geweest bij uw werk.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1978 | | pagina 195