Hij acht het van belang, dat het college bij hun gesprek met Breda kan
meedelen, dat de raad accoord gaat met het voorstel mits in de overeen
komst wordt opgenomen, dat de begeleidingscommissie het werk van de
onderzoeksambtenaren zal begeleiden en waar nodig bijsturen.
Mevrouw van Bezooijen merkt op, dat in het advies van Divosa, dat ook
bij de raadsstukken ter inzage heeft gelegen, reeds een duidelijke
taakomschrijving is opgenomen. Zij ziet niet in, dat de raad een
taakomschrijving ten deze zou moeten bestuderen en daarop zijn oordeel
moet baseren. Daartoe is de raad niet deskundig genoeg. Verder meent
zij, dat het onderzoek in de richting van de werkgevers los staat van
deze onderzoeksambtenaren. De controle op de werkgevers die zwart
werk aanbieden dient door een andere instantie te geschieden.
De heer Geerts zegt het met deze laatste opmerking niet eens te zijn.
De aanpak van werkgeverszijde mag niet worden vergeten. De raad kan
zich met betrekking tot de taakomschrijving deskundig laten adviseren
en hij acht het noodzakelijk, dat deze taakomschrijving gereed is
voordat verdere besluiten worden genomen.
Op verzoek van mevrouw Zuijdwijk zegt de heer Breugelmans met betrekking
tot zijn eerder gemaakte opmerking over het addertje onder het gras,
dat het bekend is, dat de linkse partijen de opsporingsbevoegdheid
niet voorstaan. Zij zien daarin het begin van een politiestaat. Als
deze bevoegdheid niet ter sprake was gekomen, zou de Partij van de Arbeid
wellicht minder moeite hebben gehad met dit voorstel.
De heer van der Lee zegt, dat helemaal niet gezegd is, dat de Partij
van de Arbeid tegen het aanstellen van onderzoeksambtenaren is. Er
wordt enkel een duidelijke taakomschrijving geëist.
Wethouder Vermeulen zegt, dat de gemeente Breda zich op dit moment
heeft uitgesproken voor dit instituut zonder opsporingsbevoegdheid. Een
aantal kleinere gemeenten zijn dezelfde mening toegedaan. Na enige tijd
zou dan nog bezien kunnen worden of het verlenen van opsporingsbevoegd
heid gewenst is. Er zijn enkele gemeenten die wel deze bevoegdheid
ei sen.
Na nog enige discussie schorst de voorzitter de vergadering voor enkele
minuten en deelt mede, dat daarna het voorstel van de heer Quaijtaal
in stemming zal worden gebracht.
Na heropening van de vergadering zegt de voorzitter, dat het college
van mening is, dat vanwege de opmerkingen op pagina 8 van het voorstel
ten aanzien van de bege1eidingscomissieoverleg met het gemeentebe
stuur van Breda gewenst is. Dat ligt in de lijn van het voorstel van
de heer Quaijtaal met betrekking tot de principe-beslissing. Het college
blijft achter zijn eigen voorstel staan, doch zou ook nog graag een
gesprek met Breda hebben.
Naar aanleiding van een door mevrouw van Bezooijen gemaakte opmerking
deelt spreker verder nog mee, dat veertien dagen geleden nog een brief
aan het gemeentebestuur van Breda is geschreven over deze bege1eidings-
comissie. Daarop is nog geen antwoord ontvangen. Wel is mondeling
bericht, dat deze zaak ook in het college van burgemeester en wethou
ders van Breda aan de orde gesteld zal worden, waarna een schriftelijk
antwoord tegemoet gezien kan worden.
De meerderheid van het college heeft geen moeite met het door de heer
Quaijtaal voorgestelde principe-besluit. Dit zou dan in stemming ge
bracht kunnen worden.
Wethouder Vermeulen heeft duidelijk andere argumenten, aldus de voor
zitter, waarom hij gaarne zou zien, dat een besluit over deze aange
legenheid zou worden aangehouden.
De heer Geerts zegt, dat zijn fractie blijft vasthouden aan het uit
stellen van een beslissing teneinde meer gegevens, ook omtrent de
cijfers van de Sociale Verzekeringsraad, te kunnen bestuderen. Ook
dienen meer waarborgen te worden ingebouwd om menselijk leed te voor
komen