- 224 - doch selectief beleid te voeren. Het is dus niet zo, dat op deze ter reinen zomaar industrieën worden aangetrokken. Het moeten industrieën zijn die passen in de schaal van Etten-Leur. Dat betekent ook milieu vriendelijke bedrijven. De formule, die de heer Lucassen aandraagt, is nieuw voor Etten-Leur. Deze mogelijkheid zou nader onderzocht kunnen worden, hoewel hij van oordeel is, dat de gemeente wel voorzichtig moet zijn met het aanpakken van dergelijke projecten. Met de opmerking, dat de industrie-uitbreiding juist m de diensten sector gezocht zal moeten worden, is spreker het volledig eens. Dit geschiedt in feite ook. Ook de uitgifte van het spoorwegraccordementterrein zal nog nader bezien worden. Daarbij zal ook gelet moeten worden op de regionale functie, die wij ten aanzien van deze terreinen hebben, aangezien deze terreinen in de grotere omgeving van Etten-Leur niet te vinden zijn. Wel in Oosterhout, maar daar zijn deze terreinen nog niet zover ont wikkeld, dat ze direct beschikbaar zijn. De heer Fransen bepleit een snellere planning voor gebouwen in de dienstverlenende sector, kantoorgebouwen e.d., die niet op het indus trieterrein passen. De deskundigen van ETIN en onze eigen stedebouw- kundige denken daarbij aan de jaren 1980 - 1985. Onze gemeente loopt daarbij de kans om de boot te missen. De expansiedrift van meerdere gegadigden op dit terrein is momenteel aanwezig. Op 12 km. afstand kan men daarvoor dan terecht. Dit is niet in het belang van de werknemers uit onze gemeente, die in deze richting emplooi zoeken. Mevrouw Zuiidwijk zegt, dat haar fractie het met de opmerkingen van de heer Fransen eens is. Daarom heeft zij ook gewezen op productie bedrijven, die over het algemeen meer werknemers opnemen dan handels bedrijven. De heer Geerts merkt op, dat ook de door de voorzitter gebruikte term "selectieve uitbouw van de werkgelegenheidsfunctie" verwarring wekt Dit heeft hij zelfs geconstateerd bij de mensen van het ETIN. Over'de afgelopen periode blijkt, dat Etten-Leur vrijwel als enige ziin industriële werkgelegenheid op peil heeft kunnen houden. Dit gaat echter ook ten koste van het op peil kunnen houden van andere omliggende gemeenten. Ook om deze reden zal een keuze over de mate van groei gemaakt moeten worden. De voorzitter zegt, dat het college zich bij de planning van de dien st e^iïït^nrïiF"op deze termijnen wil vastleggen. Evenals de heer Fransen en mevrouw Zuijdwijk wil het college graag deze dienstensector binnen onze gemeentegrenzen halen. Het probleem is echter, dat er op dit moment geen geschikte grond daarvoor beschikbaar is. Daarom is ge probeerd om, vooruitlopende op het structuurplan, toch reeds tot bepaalde beslissingen te komen, ook ten aanzien van dit aspect. Een en ander zal nog uitvoerig in de commissie ruimtelijke ordening bekeken moeten worden, waarbij de stedebouwkundige betrokken moet worden en bijvoorbeeld ook gedacht moet worden aan de wet op de geluidshinder, die waarschijnlijk niet zal toestaan dat we vlak bij de grote rijksweg belangrijke gebouwen creëren. Over het exacte tempo van de uitgifte van deze industrieterreinen moet thans geen discussie plaatsvinden. Dit kan het komend jaar binnen het kader van het structuurplan geschieden. De snelheid van uitgifte hangt zoals gezegd, helemaal van de raad zelf af. Door het thans voorge stelde besluit wordt slechts de toekomst veilig gesteld, doordat er gezorgd wordt voor het beschikbaar zijn van de nodige ruimte. De heer Geerts zegt het hiermee eens te zijn en merkt op, dat een gedeelte van deze discussie reeds is gevoerd, doordat in feite al voor een bepaalde groeivariant is gekozen, wat mede inhoudt een bepaalde toename van buitenaf, samengaand met de uitbreiding van de werkgelegen heid.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1977 | | pagina 431