- 213 -
het geëigende instituut is". Wij willen hier volstaanmet de opmerking,
dat Etten-Leur niet de eerste en enige gemeente zou zijn, waarvoor
V.V.V. werk een ruimte zou worden ingericht.
Met betrekking tot het antwoord op bladzijde 96: Turfschip -indien dit
gemeenschapshuis geen ACW.-subsidie krijgt, wat dan
Met betrekking tot het antwoord op bladzijde 98: Wij zijn verheugd, dat
uw college met de fractie van de V.V.D. van mening is, dat het plaatsen
van telefooncellen bij concentraties van bejaardenwoningen aanbeveling
verdient. Het is ons bekend, dat de P.T.T. door een zakelijke opstelling
tot nu toe elke poging deed mislukken. Is het de P.T.T. bekend
-zijnde een staatsinstelling- dat de zelfstandigheid van bejaarden,
naast verschaffing van warme maaltijden, gezinszorg, ziekenzorg via het
Wit-Gele Kruis e.d. ook gediend is met rentabiliteit van elke telefoon
cel afzonderlijk, of bekijkt men hoe Etten-Leur in totaal rendabel is voor
de P.T.T. voor wat betreft het telefoon verkeer
Het zou de P.T.T. deugd doen in deze het uitgebreide industriepark van
onze gemeente met zijn telefonisch verkeer in deze totaliteit te betrekken.
Thans qaat de voorzitter over tot beantwoording van de gestelde vragen.
On de vraaen van de heer Franse_n deelt de voorzitter het volgende mede:
Met betrekking toT^TFi^lT^ike het stadsgewest, zegt de voorzitter,
dat in de raadsvergadering van 19 december 1977 hierop teruggekomen
za1 wordenj
Met betrekking tot de vraag inzake de Brandseweg, deelt hij mede, dat
bij de eventuele vaststelling van het plan Noord, de opvattingen van
de heer Fransen om Leur allereerst in westelijke richting uit te bouwen
en de opvattingen, die elders in Noord leven over "de kerk mhet midden"
naast elkaar gelegd zullen worden, om zodoende tot een oplossing te
Mef bét rekking tot de vraag inzake het zwembad, deelt wethouder de Bruijn
mede, dat het beter is de gecombineerde vergadering van de commissie
Algemene Zaken en Sport af te wachten. Deze vergadering za gehouden
worden op 7 december 1977. In deze vergadering zal Ir. de Jong hierover
nadere toelichting geven. A
«et betrekking tot de vraag inzake het mini-busje welke vraag door
mevrouw Zuijdwijk is gesteld, deelt wethouder Lu.jkx mede, dat gezien
de gehouden enquête, de belangstelling van de bejaarden hiervoor nihil
is. Mevrouw Zuijdwijk zegt, dat dit onjuist is. Ze ,s van mening, dat
voor de bejaarden een apart busje aangeschaft dient te worden en niet
een busje van de B.B.A.
De voorzitter zegt, dat het beter is, dat het college wederom contact
neemt inzake deze kwestie.
Met betrekking tot de vraag inzake de opbouwwerker, zegt wethouder Klep,
dat eventuele aantrekking van een opbouwwerker mede bezien zal worden
in het kader van een volledig sociaal cultureel plan, welk plan met
ingang van 1 januari 1979 in werking zal moeten treden.
Met betrekking tot de vraag inzake de C.A.I. deelt wethouder Vermeulen
mede, dat deze zaak beter nogmaals in het college gebracht kan worden
voor verder overleg.
Met betrekking tot de vraag inzake het opnemen van eisen tot isolatie
in koopkontrakten van gemeentewoningen, deelt wethouder Vermeulen mede,
dat deze eisen naar zijn mening voor de totaliteit opgenomen zouden
moeten worden om tot goed resultaat te komen.
De heer Fransen zegt, dat dit geheel aan de mensen moet worden overgelaten
Met betrekking tot de vraag van mevrouw Jacobs, inzake de Haansberg,
deelt wethouder Luijkx mede, dat door de weersomstandigheden de aannemer
niet in staat was het werk te voltooien. Mevrouw Jacobs vraagt dan of de
stenen, die hier liggen, niet op een andere wijze gelegd kunnen worden,
omdat anders een hopeloze situatie zou kunnen ontstaan.
Op de vragen van de heer Geerts wordt het volgende medegedeeld:
Met betrekking tot de vraag of raadsleden ook zullen gaan deelnemen aan