- 152 - dat het werk, dat reeds is verricht, niet voor niets is geweest, omdat aan de zienswijze binnen het college niets gewijzigd is. De heer Breugelmans vraagt of dit punt in de eerstvolgende verga- dering van de commissie voor sociale zaken aan de orde wordt ge steld. Wethouder Vermeulen zegt, dat een brief is gezonden aan het college van burgemeester en wethouders van Breda, waarbij is medegedeeld, dat het agendapunt in deze vergadering aangehouden zal worden en met belangstelling het commissieverslag van de gemeente Breda ter kennisname tegemoet wordt gezien. De voorzitter geeft de heer Breugelmans in overweging dit tijdens de rondvraag in de commissievergadering aan de orde te stellen. De heer Fransen zegt ook gaarne het antwoord te zullen vernemen, dat op de vraag van mevrouw Zuijdwijk zal worden gegeven hetgeen door de voorzitter wordt toegezegd. Voorts zegt de heer Fransen, dat hij met betrekking tot het biblio- theekfiliaal in Noord in de commissie voor cultuur en jeugdzaken aan de voorzitter heeft gevraagd hoe de zaken er nu bijstonden, omdat ook hij vernomen had om het huisje, dat door het gemeente bestuur was aangekocht, te laten staan met het idee om daarvan een dienstwoning te maken. Spreker is van mening, dat de toegang tot het buurthuis meer open gemaakt wordt en ziet niet in waarom nu weer nagegaan moet worden of dit huisje al dan niet moet blijven bestaan, omdat zijns inziens dit had moeten gebeuren toen de raad het geld voteerde om dit huisje aan te kopen en daarna te slopen. Spreker meent te weten, dat er ook met eigenaren van belendende percelen gesprekkenzijn gevoerd om eventuele grenslijnen van percelen te gaan wijzigen en dit mede in verband met het open maken van de toegang tot het Turfschip. Spreker vreest, dat deze zaak op de lange baangeschoven gaat worden en vraagt wat er wel en wat niet afgesproken is en hoe een en ander van gemeentelijke zijde gerege gaat wor en. De voorzitter zegt toe, dat aan de heer Fransen een overzicht ver strekt zal worden over hetgeen tot op heden aan deze zaak Sed^an is met data besprekingen etc. en hoever deze zaak is gevorderd. Ten aanzien van het stedebouwkundig aspect voor wat betre t het handhaven van het huisje zegt de voorzitter zich te kunnenvoor stellen, dat de raad destijcfc de beslissing nam om het huisje a te breken, overwegende, dat daar ook een bibliotheek op pa en zou komen. Nu dat plan op palen wat op de achtergron is geraa t en men dit stedebouwkundig niet meer zo ziet zitten o it ni^t past in het stedebouwkundig karakter van Etten Leur, Z^-Jn er oor de deskundigen weer argumenten naar voren gebracht om et ara te ristieke pandje niet te slopen. Het standpunt, datde stedebouw- kundige hieromtrent inneemt, zal eveneens ter kennis worden gebracht. Voorts zegt spreker thans niet in discussie te willen gaan of dit pand nu wel of niet afgebroken moet worden of wat er op dit moment gedaan moet worden. Met voortvarendheid zal deze zaak aangepakt moeten blijven aldus de voorzitter. Wethouder Klep zegt, dat het niet alleen aan het^gemeentebestuur gelegen heeft, dat deze zaak zo lang geduurd heeft. Het gemeente bestuur heeft n.l. aan het stichtingsbestuur verzocht een enquete te willen houden onder de verenigingen c.q. gebruikers van het Turfschip, waarvan het resultaat langer op zich heeft laten wachten dan het gemeentebestuur zich had voorgesteld.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1977 | | pagina 359