- 151 - Indien het volgens de heer Klep de bedoeling van de heer Aerts is om voor de amateurtoneelverenigingen een tussensubsidie—regeling vast te stellen, dan wacht spreker gaarne een voorstel daarvoor af. De heer Aerts zegt, dat hij gaarne zou zien, dat de huidige richt lijnen worden aangepast aan de nieuwe richtlijnen, die door het provinciaal bestuur zijn toegezonden. Wethouder Vermeulen merkt op, dat het verslag in De Stem waarschijn- lijk geplaatst is naar aanleiding van het verslag van de commissie vergadering, want dit punt komt pas aan de orde op 18 november a.s. als Provinciale Staten hierover zullen vergaderen. Mevrouw Zuij.jdwijk zegt, dat zij samen met de heer Fransen in de commissie financien gevraagd heeft naar het weinig frequente schema van de commissie financiën omdat zij vinden, dat bepaalde grote financiële uitgaven in andere commissies wel aan de orde komen en niet in de commissie financien, zulks in tegenstelling tot enke le jaren gelden. Zij vraagt of deze vraag reeds in de vergadering van burgemeester en wethouders behandeld is. Wethouder Klep zegt, dat deze vraag in het college van burgemeester en wethouders behandeld is en dat een antwoord hierop kan worden tegemoet gezien. De heer Breugelmans zegt, dat hij als lid van de commissie voor sociale zaken metlmige verbazing heeft kennisgenomen van de mede deling, dat agendapunt 6 handelende over het verlenen van medewer king aan de aanstelling van twee ambtenaren bij de gemeentelijke sociale dienst te Breda voor bijzonder onderzoek voor het bevorderen van de juiste toepassing van de sociale zekerheidswetgeving in de kring Breda van de agenda is afgevoerd, en weiomreden, dat zij voor de aanvang van de zomervacanties deze regionale aanpak reeds hebben besproken in de commissie voor sociale zaken. Bij herhaling is dit agendapunt in de diverse vergaderingen van de commissie besproken; de leden hebben hieraan veel tijd en aandacht besteed en de argumenten voor en tegen nagegaan en besproken. In zijn algemeenheid zegt spreker te mogen stellen, dat de leden van de betreffende adviescommissie ervan overtuigd zijn, dat het wenselijk c.q. noodzakelijk is, dat een dergelijk instituut van de grond komt. Nadat door de commissie de adviezen zijn uitgebracht komt er volgens spreker opeens een brief van een nabuurgemeente i.e. de gemeente Zundert, hetgeen heeft geresulteerd om dit agendapunt aan te houden voor nader onderzoek en nader beraad. Spreker zegt, dat de gemeenten die aan dit instituut zouden deel nemen waarschijnlijk ook de brief van het gemeentebestuur van Zundert ontvangen zullen hebben. Hij vraagt of het bekend is of deze gemeentebesturen ook tot de conclusie gekomen zijn om deze zaak van de raadsagenda's af te voeren en een ander onderzoek in te gaan stellen. Wethouder Vermeulen zegt, dat vorige week een brief van het gemeen- tebestuur van Zundert is binnengekomen en die gezonden is aan alle gemeentebesturen, die aangesloten zijn bij de D.I.V.O.S.A.-kring Breda. Uit deze brief blijkt, dat waarschijnlijk m Breda de pro blemen zich voordoen en Breda is een van de grootste gemeenten, die aan dit instituut zou gaan deelnemen. De gemeenteBreda zou als centrumgemeente fungeren voor dit instituut, terwijl de aan te trekken ambtenaren bij de sociale dienst van Breda werkzaam zouden zijn. Om de zekerheid te hebben, dat de gemeente Breda als cen trumgemeente daadwerkelijk ook zelf zal deelnemen, is voorgesteld dit agendapunt voor nader beraad en onderzoek aan te houden. De commissie voor sociale zaken zal zich derhalve wederom over dit onderwerp moeten buigen, waarbij wethouder Vermeulen opmerkt,

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1977 | | pagina 358