- 80 - interesse hebben. Deze combinatie zou het werk indelen naar capaciteiten van de deel nemende aannemers kunnen verdelen. In tweede instantie zou het mogelijk zijn om aan te besteden aan één hoofdaannemer, die de verantwoording voor het totale werk draagt, waarbij hij zich verplicht om delen van het werk, waarbij spreker in dit verband niet bedoeld te spreken over kavels, aan te besteden onder plaatselijke bedrijven die een bepaalde capaciteit in zich hebben, ook dan op basis van open begroting en in overleg met het gemeen teb es tuur De voorzitter vraagt of de heer Fransen in deze nog een bepaalde voorkeur heeft, waarop de heer Fransen mededeelt, dat de voorkeur zou uitgaan naar zijn laatste voorstel: aanbesteding onder één hoofdaannemer met verplichte onderaanbesteding aan meerdere plaatse lijke aannemers naar rato van de mogelijkheden die de betreffende bedrijven in zich hebben. Mevrouw Zuijdwijk zegt dit een zeer idealistische opzet te vinden doch vreest, dat die niet haalbaar zal zijn. In antwoord op de opmerkingen van de heer Geerts zegt spreekster, dat ook haar fractie in het verleden zich meerdere malen heeft uitgesproken voor meervoudige onderhandse aanbesteding. De heer Aerts merkt ten aanzien van de opmerking van de heer Geerts op, dat bij hem nooit de gedachte is opgekomen, om over te gaan op openbare aanbesteding omdat de werksituatie en de werkgelegenheid voor Etten-Leur behouden moet blijven. Als een plan in haar uitvoering wordt vertraagd dan raakt de woning bouw achterop. De ervaring met de plaatselijke aannemers is, dat het werk goed en op tijd wordt uitgevoerd, waardoor ook de aannemers voor de woningbouw direct kunnen beginnen aan de bouw van woningwet woningen. De ervaring heeft geleerd, dat de werken vroegtijdig werden opgeleverd hetgeen inhoudt, dat de woningen eerder klaar zullen zijn, waardoor een huurverhoging in verband met kostenstijgingen m de bouw niet nodig is. De heer Aerts conformeert zich aan het voorstel van burgemeester en wethouders. De heer P. Luijkx zegt, dat zijn fractie kan instemmen met het gewij zigde voorstel inhoudende onderhandse aanbesteding onder plaatselijke aannemers, waarbij iedereen een kans zou moeten krijgen en het zou toejuichen indien er een bepaalde vorm van samenwerking mogelijk zou zijn onder de diverse aannemers. Hij meent echter, dat deze samenwerking niet van bovenaf geregeld moet worden. De heer van Kuijck zegt zijn instemming te betuigen met hetgeen door de heer Luijkx naar voren is gebracht. Een combinatie van aannemers zal volgens spreker moeilijk uitvoerbaar zijn. De heer Lucassen zegt ook in te willen gaan op de opmerkingen van de heer Geerts. Spreker zegt ten tijde van zijn raadslidmaatschap voor de Partij van de Arbeid voorstander te zijn geweest voor openbare aanbesteding. Gezien de werkgelegenheid in Etten-Leur en de regio zegt spreker zich te kunnen scharen achter het voorstel van burge meester en wethouders. Op verzoek van de voorzitter zegt wethouder Luijkx zulks naar aan leiding van de opmerkingen van de heer Geerts, dat het aanvankelijke voorstel luidde, zoals in 1975 was voorgesteld. Gezien de veranderde tijd meent spreker dat het ook voor een voorstel van burgemeester en wethouders mogelijk moet zijn daarin veranderingen aan te brengen. Wat de heer Fransen voorstelt is volgens spreker een utopie, omdat het zijns inziens uitgesloten is, dat een hoofdaannemer met open begroting en onderaannemers met open begroting op die basis het werk zullen uitvoeren. Er zijn echter nog diverse andere werken om andere aannemers de kans te geven om bijkomende werken uit te voeren, het-

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1977 | | pagina 278