Gemeente Etten-Leur - 24 Notulen van de openbare vergadering van de raad der gemeente Etten-Leur, welke werd gehouden op maandag, 28 maart 1977 des avonds om half acht in het raadhuis. Aanwezig: mrF.J.M. Houben, voorzitter L.J.M. de Bruijn, wethouder A.A.W. Luijkx, wethouder T.C. Vermeulen, wethouder A.J. Klep, wethouder alle raadsleden met uitzondering van de heer W.A. Luijkx, die wegens ziekte verhinderd was de vergadering bij te wonen. A.P. Snijders, secretaris M.J. van Rijckevorselnotulist. 1De voorzitter opent de vergadering met gebed en verwelkomt de aanwezigen. In verband met het overlijden van het oud-raadslid, de heer D.B.H. van Vleuten, memoreert de voorzitter de vele verdiensten die de heer van Vleuten voor de Etten-Leurse gemeenschap heeft gehad. Hij betuigt namens de raad en het college de nabestaanden zijn diepste medeleven met de wens, dat zij kracht naar kruis mogen vinden in deze voor hen zo moei lijke dagen. Als voorstemmer wordt hierna aangewezen nr. 4 van de presentielijst, de heer van Kuijck. 2. Vervolgens gaat de voorzitter over tot paginagewijze behandeling van de notulen van de vergadering van 28 februari 1977. Mevrouw Jacobs zegt, dat op pagina 19, 4e alinea is vermeld, dat het niet moet voorkomen, dat een aanhangwagen de trekhaak verliest, indien men de richel moet overschrijden om in het woonerf te komen. Volgens spreekster zou deze zinsnede moeten luiden:"dat het niet moet kunnen voorkomen, dat de wagen daarbij de trekhaak verliest". Op blz. 21 heeft mevrouw Jacobs bij de behandeling van agendapunt 10 verzocht om de thans bij de stukken ter inzage liggende nota voor de volgende vergadering ter inzage te leggen. Volgens spreekster was echter gevraagd om deze nota aan de raadsleden toe te sturen. De voorzitter zegt, dat deze vraag in het college aan de orde gesteld zal worden. De heer Fransen zegt, dat op blz. 23 het volgende is weergegeven: De heer Fransen vraagt waarom het gemeentebestuur wel een huisuitzetting tole reert, terwijl dit overigens als een niet sociale en acceptabele wijze van handelen wordt afgewezen. Hij vraagt of beleggers soms over meer rechten beschikken dan de gemeente". Spreker zegt op deze vraag nog geen antwoord gekregen te hebben en vraagt om hem het antwoord hierop alsnog te geven. De voorzitter zegt toe, dat een schriftelijk antwoord zal worden gegeven. Daar desgevraagd niemand nog op- of aanmerkingen heeft op de notulen van 28 februari 1977 worden deze, met inachtneming van de aangehaalde wijzi gingen, zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. 3. Bij de behandeling van de ingekomen stukken deelt de voorzitter mede, dat voor de volgende vergadering de onlangs verschenen delen, behorende bij de Verstedelijkingsnota, t.er inzage zullen worden gegeven. o. lila

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1977 | | pagina 222