- 16 Hebben goedgevonden en verstaan; Met ingang van 1 februari 1977 te benoemen tot burgemeester der gemeente Etten-Leur: mr. F.J.M. Houben, met toekenning van gelijk tijdig eervol ontslag als burgemeester der gemeente Luijksgestel Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit. Soestdijk, 15 januari 1977, was getekend: Juliana". Vervolgens leest de secretariseveneens op verzoek van de voor zitter, de brief van de Commissaris van de Koningin voor, waarin deze meedeelt, dat burgemeester Houben in zijn handen de eden, voorgeschreven in artikel 71 der gemeentewet, heeft afgelegd. Hierna richt de voorzitter zich met de volgende woorden tot de aanwezigen: "Meneer de burgemeestermevrouw Houben, dames en heren leden van de raad, zeer geachte genodigden. Wanneer in de 18e eeuw de ambachten en heerlijkheden een nieuwe raadsheer kregen, gaf dat aanleiding tot uitbundig feestbetoon. Die ambachtsheer was de man, die de dorpsbaantjes weggaf. Hij was het aan wie men de tienden moest opbrengen. Hij kreeg de pacht voor de jacht en de visserij. Zo'n voornaam persoon moest natuurlijk met de nodige plechtigheden ingehaald worden. De schepenen, de armmeesters en de kerkmeesters staken de koppen bij elkaar en stelden een resolutie op voor "de blijde incomste". Een deputatie op de grens van de heerlijkheid, een escorte van ruiters, erebogen, met slaande trom en vliegende vaandels op marcherende schutterij, een samenkomst op het rechthuis, wijn voor de gasten en bier voor de schutters, toespraken, een geschenk en feest tot diep in de nacht voor alle ingezetenen. Zo was het eens De ambachtsheer is uit het bestuurlijke domein verdreven. In zijn schaduw mag thans de burgemeester staan. "De blijde incomste" heeft echter het geweld der eeuwen getrotseerd. Met vreugde zijn wij allen hier bijeen om onze nieuwe burgemeester met vrouw en kinderen in te halen. Familie Houben, van harte welkom in Etten-Leur Het Kamerlid Schakel, de man die naast vele andere taken ook nog het werk van burgemeester weet te verzetten, heeft in een boeiend boek het burgemeesterschap beschreven. Een hoofdstuk daaruit draagt de beeldende titel: "Het leed zit op de slippen van de vreugd". De juistheid van die gedachte is treffend voor ons samen zijn van vandaag. Bij alle vreugde om een nieuwe eerste burger denken wij met droefheid aan het verlies van burgemeester Oderkerk. De "periode Oderkerk" met alles wat daarin vooral op zijn initiatief tot stand is gekomen, zal ongetwijfeld ook in de toe komst van Etten-Leur nog lang blijven doorwerken. Met dankbaarheid en respekt zullen we hem in herinnering houden. Ik zei al: de ambachtsheer is verdwenen maar het ambacht van burgemeester is gebleven. Sommigen zeggen zelfs dat burgemeester spelen een vak is geworden. Zo ook trouwens de rol van een gemeenteraad. Werd een gemeente vroeger een nieuwe burgemeester geschonken, thans krijgt de raad zijn voorzitter niet voor niets! Een profielschets van de gewenste burgemeester is nodig om de Commissaris te helpen bij het vinden van de sleutel die een glorie rijke toekomst van de gemeente moet openleggen.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1977 | | pagina 192