- 6 - toelichting: De thans nog beschikbare gronden op het bedrijventerrein en de vraag naar bouwgrond voor industrieën en bedrijven en met name naar kleinere bedrijven tot maximaal 5000 m2, is aanlei ding geweest om een onderzoek in te stellen of en zo ja, in welke omvang nieuwe bedrijventerreinen moeten worden aangelegd. Het E.T.I.N. heeft in het kader van het structuurplan hierover een nota uitgebracht, waaruit blijkt, dat - wil de gemeente haar werkgelegenheidsfunctie continueren en uitbouwen - de gemeente moet beschikken over een goed vestigingsklimaat, waarvan een gedifferentieerd aanbod van werkterrein een belangrijk on derdeel uitmaakt. Thans heeft de gemeente nog 17^ ha reëel uitgeefbaar terrein beschikbaar, doch uitsluitend voor grotere bedrijven, die een spoorwegraccordement nodig hebben. Voor kleine en middelgrote bedrijven is momenteel door de voortdurende vraag niets meer beschikbaar, met uitzondering van ëën perceel ter grootte van 1 ha, gelegen aan het Mon Plaisir. Het E.T.I.N, acht het in een aanvullende nota, die uitgebracht is om de behoefte op korte termijn aan bedrijventerreinen te onderzoeken, danook gewenst, dat op korte termijn wordt over gegaan tot de aanleg van een nieuw bedrijventerrein van bruto 30 ha (netto 25 a 26 ha)Gezien tegen de achtergrond van een gemiddelde uitgifte van 5j ha per jaar wordt deze uitbrei ding, voldoende voor 5 a 6 jaar, beslist verantwoord geacht. Bij het Streekplan West-Brabant is een indicatie gegeven om het huidige bedrijventerrein verder in zuidelijke richting uit te breiden. Ook stedebouwkundig wordt dit nu sterk anbevolen. In afwachting van het totstandkomen van het betreffende bestem mingsplan wordt voorgesteld om voor dit gebied een voorberei- dingsbesluit vast te stellen, waardoor, ongewenste bebouwing, die kostenverhogend zou werken voor het plan, kan worden ge weerd. Het ligt in het voornemen in de. uitwerking bijzondere aandacht te besteden aan ruime groenstroken in deze complexen en de bestaande bebouwing, waar mogelijk, in het plan in te passen. Het stedebouwkundige advies is mede overgelegd. 12. Voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie voor algemene zaken, ruimtelijke ordening en coördinatie en van de commissie voor openbare werken, verkeer en grondaankopen tot het bepalen van de voorlopige uitgangspunten voor de ombouwmogelijk- heden van de rijksweg tot autosnelweg. toelichting: Rijkswaterstaat heeft van de Minister van Verkeer en Waterstaat opdracht gekregen om een nota op te stellen over de ombouw van rijksweg N 58 tot autosnelweg, voorzover deze weg ligt binnen de bebouwde kom van Etten-Leur. De concrete uitvoering van het werk is - volgens het thans bekende tijdschema - eerst in 1985 te verwachten. Handhaving van de huidige situatie tot geruime tijd na 1985, is met het oog op de verkeersonveiligheid en overlast, niet accep tabel. Het is daarom gewenst om bij de minister aan te dringen op spoed en tevens om - in afwachting van de uitvoering van het werk - in goed overleg passende maatregelen te nemen ter ver betering van de bedenkelijke verkeersveiligheid. Ook is het van groot belang, dat de raad mede op basis van "d'r op of d'r onder" zijn standpunt bepaalt over de voor het gemeentebestuur aanvaardbare mogelijkheden, mede met het oog op de functie van de bestaande weg voor het interlokaal be-

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1977 | | pagina 168