,rf
- 5 -
f. het subsidiëren van de stichting ter voorbereiding van het extra-muraal
vormings- en ontwikkelingswerk in West-Brabant door vaststelling van
de 16e wijziging van de gemeentebegroting 1976.
toelichting:
Nu inmiddels meer inzicht is verkregen m de aktiviteiten van de
stichting, wordt voorgesteld tot wederopzegging met ingang van
1975 een subsidie toe te kennen in de projectkosten tot een maximum
van 10 cent per inwoner per jaar, waarbij de projectkosten worden
verhoogd met 20% ten behoeve van de niet direct op geld waardeerbare
gewestelijke aktiviteiten. Als voorwaarde wordt hierbij gesteld, dat
tevoren een overzicht van de projecten met begroting en na afloop
van de projecten een verslag met afrekening ter goedkeuring aan
burgemeester en wethouders moet worden overgelegd.
g. het vaststellen van de Subsidieverordening Etten-Leur en aanvaarding
van de aan deze verordening ten grondslag liggende uitgangspunten.
toelichting:
Bij diverse gelegenheden is er vanuit de raad op aangedrongen
komen tot een bundeling van de onderscheidene subsidieregelingen
op het terrein van de openbare veiligheid, volksgezondheid en milieu
hygiëne, onderwijs, kuituur en rekreatie, sport alsmede de overige
welzijnszaken.
Als uitgangspunt voor een dergelijke subsidieverordening heeft gediend.
1. via een theoretisch gedeelte aan te geven hoe het subsidiebeleid
en de wijze van subsidiëren in de komende jaren kan geschieden,
2. door het inventariseren en rubriceren een duidelijk beeld te
schetsen van het huidige subsidiebeleid.
In de verordening is bepaald, dat op verzoeken om subsidie binnen het
beschikbare krediet, door het college van burgemeester en wethouders
wordt beslist. Door de in de verordening vastgelegde procedure wordt
ernaar gestreefd de raad eenmaal per jaar over alle subsidies te
laten beslissen en wel bij de begrotingsbehandeling. De raad heeft
dan een totaal-overzicht van de wensen en kan deze afwegen tegen de
financiële mogelijkheden. Het totaal krediet wordt door de raad^
vastgesteld aan de hand van de gemeentebegroting met subsidieli]st
en de normen liggen vast in de door de raad thans vast te stellen^
verordening. Tevens zijn in de verordening bepalingen opgenomen die
de jaarlijkse bijstelling van de subsidiebedragen aan het gestegen
kosten- en prijspeil mogelijk maken na overlegging van de hiervoor
nodige gegevens door de betrokken verenigingen.
Voor elke beslissing die burgemeester en wethouders kunnen nemen, dient
tevoren advies te worden gevraagd aan de betreffende vaste commissiels;
voor advies en bijstand.
In de algemene bepalingen van de verordening zijn enkele belangri] e
regels gesteld voor de verhouding tussen gemeentelijk subsidie en
het batig saldo van de instelling. Voorts beoogt artikel 7 de opstel
ling van een middellang termijnplan te bevorderen.
De voorliggende nota en verordening beogen een eerste aanzet te vormen
voor een planning op het terrein van de gemeentelijke subsidiering.
h. eventuele andere subsidieaangelegenheden.
7. Voorstellen van burgemeester en wethouders met advies van de commissie voor
financiën en belastingen over de volgende belastingzaken:
a. het vaststellen van de Legesverordening 1976 als vervanging van de
bestaande verordening.