- 74 - Gemeente Etten-Leur Notulen van de besloten vergadering,met geheimhouding, van de raad der gemeente Etten-Leur, gehouden tijdens de schorsing van de openbare vergadering op maandag, 30 augustus 1976. Aanwezig: L.J.M. de Bruijn, wethouder - voorzitter; A.A.W. Luijkx, wethouder. T.C. Vermeulen, wethouder. A.J. Klep, wethouder. alle raadsleden. A.PSnijders, secretaris. W.H.G. Nijs, notulist. 25. De voorzitter deelt mede, dat in het voorstel over mogelijke grondaankoop,-waarover voorlopige geheimhouding is opgelegd, maar dat wel ter inzage heeft gelegen en ook in de commissie openbare werken werd behandeld,-de redenen zijn uiteengezet, waarom het voor de gemeente van belang wordt geacht om over dit perceel grond te kunnen beschikken. Naar aanleiding van desbetreffende vragen deelt de voorzitter mede, dat het hier een mandaatverlening door de raad aan burgemeester en wethouders betreft. Het is dus (nog) geen definitief besluit tot grondaankoop. Het krediet hiervoor moet bij begrotingswijziging in een openbare vergadering worden genomen. Een eventueel aankoopbes luit zal nog aan de raad worden overgelegd. Wethouder Luijkx zegt, dat de moeilijkheid schuilt in het feit, dat bij een openbare verkoop binnen 24 uur beslist moet worden. Zowel de verkoper als de koper kunnen deze beslissing 24 uur aanhouden. Als de gemeente de hoogste bieder zou worden kan men niet de notaris vragen om 6 weken te wachten op het officiële raadsbesluit met de goedkeuring van Gedeputeerde Staten. Naar aanleiding van een desbetreffend verzoek van mevrouw Jacobs zegt de voorzitter, dat het moeilijk is om thans een prijs te noemen. In het besluit wordt dan ook gesproken over een voor de gemeente aanvaardbare prijs. Wethouder Luijkx merkt nog op, dat deze prijs in evenredigheid zal moeten zijn met de overige aankopen, ofschoon hier wel bijzondere omstandigheden aanwezig zijn. Naar aanleiding van een desbetreffende vraag van wethouder Klep deelt de voorzitter mede, dat het motief voor deze grondaankoop zowel het weren van kleine bedrijven op dit perceel als het verkrijgen van een goede parkeermogelijkheid betreffen. Voorkomen moet worden, dat de gemeente te zijner tijd voor dringend noodzakelijke parkeergelegen heid in de omgeving van De Nobelaer noodgedwongen panden zou moeten afbreken en daardoor voor bijzonder hoge kosten zou komen te staan. Wethouder Klep zegt hierop te hopen, dat na aankoop de buurtbewoners, geen actie zullen ondernemen om dit terrein als speelgelegenheid voor de jeugd te verkrijgen, want daarvoor zou het dan toch wel wat te duur zijn. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders en het advies van de commissie openbare werken besloten tot:

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1976 | | pagina 219