- 57 - bevestigt. Mevrouw Zuijwijk meent, dat door een eventuele bevolkings terugloop de bouw fase 2 misschien kleiner kan worden. De voorzitter antwoordt, dat, indien dit zich zou voordoen, dan altijd nog ruimte voor andere gemeenschapsactiviteiten beschikbaar gesteld kan worden. De heer Fransen zegt het ermee eens te zijn, dat er ook voor fase 2 een D.A.C.W.-subsidie aangevraagd gaat worden maar hij vraagt zich wel af of ook voor dit tweede deel geen aanvullende eisen voor aanbe steding gesteld zullen worden door de D.A.C.W. Hij voegt eraan toe, dat er aanbesteed gaat worden op basis van eenheidsprijzen en dat deze samenstelling even exact en duidelijk door de architect moeten worden omschreven, zodat iedere aannemer die inschrijft zal begrijpen wat die eenheidsprijzen moeten inhouden. De voorzitter zegt, dat dit reeds is gedaan en er reeds met de D.A.C.W. is gesproken omtrent de vraag of de twee gedeelten niet tege lijk aanbesteed konden worden. Die mogelijkheid was echter niet aanwe zig maar de voorzitter zegt toe, dat de gemeente er heel secuur op zal toezien. De heer Fransen vraagt of de raad de definitieve tekeningen ter inzage kan krijgen, hetgeen de voorzitter hem bevestigt. Tevens voegt de voorzitter eraan toe, dat in de volgende raadsverga dering een volledig inzicht zal worden gegeven in bestek en tekeningen. De heer Fransen vraagt hoe het gebouw zal worden ingedeeld, maar de voorzitter zegt dit op het moment niet duidelijk te kunnen zeggen. Hij voegt eraan toe, dat het als een groot voordeel gezien moet worden, dat als fase 1 gereed komt, reeds enkele afdelingen er in gehuisvest kunnen worden. Nadat de vragen van de heer Fransen voldoende zijn beantwoord, besluit de raad zonder hoofdelijke stemming tot de bouw van de uitbreiding van het gemeentehuis, le fase, na openbare aanbesteding en het beschikbaar stellen van een krediet van f 5.325.000,door vaststelling van de 41e wijziging van de gemeentebegroting 1976. 10 Naar aanleiding van het voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie openbare werken, verkeer en grondaankopen, aangaande het bestemmen van het binnenterrein aan de Rochussenlaan, merkt mevrouw Zuijdwijk op, dat haar fractie van mening is, dat het stuk grond op het binnenterrein niet bebouwd moet worden met garages maar het betreffende stuk grond open gelaten moet worden als speelter rein voor de jeugd. De voorzitter antwoordt, dat er momenteel grote behoefte aan garages bestaat. De heer P. Luijkx zegt, dat zijn fractie met het plan, zoals dit wordt gepresenteerd, ten volle kan instemmen. Hij voegt er nog aan toe, dat er een verhard terrein komt van 750 m2, waar de jeugd op kan spelen met een uitwijkmogelijkheid naar de schapenweide. Ook voor de kleine kleuters blijft er ruim voldoende speelgelegenheid over. Voor de auto bezitters worden er dus garages gebouwd, zodat de auto's uit de Rochus senlaan kunnen blijven en dus meer ruimte wordt verkregen voor het verkeer op de Rochussenlaan. Mevrouw Jacobs deelt mede, dat haar fractie er toch wel enige moeite mee heeft en zegt het plan bekeken te hebben en eruit te hebben gecon cludeerd, dat de in- en uitritten veel te smal zijn. Zij voegt er aan toe, dat de situatie op het binnenterrein als het geregend heeft wel modderig is maar dat de betrokken bewoners dit niet zo'n ramp vinden, hetgeen wordt gestaafd door een petitie die 70 mensen ondertekend hebben en deze mensen geven tenslotte aan hoe zij erover denken. Verder vraagt spreekster zich nog af of de kosten van deze te bouwen garages niet in de huur te verwerken zijn en hoe eventueel de mensen hierop zouden reageren.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1976 | | pagina 200