- 21 - 6. Bij de behandeling van het voorstel van burgemeester en wethouders, met gunstig advies van de commissies voor financiën en belastingen en ban cultuur en jeugdzaken, tot vaststelling van de Verordening op de heffing van schoolgeld voor het volgen van onderwijs aan de gemeentelijke school voor kunstzinnige vorming St. Frans deelt de heer Fransen mede, dat hij zijn bezwaren reeds heeft geuit in de betreffende commissievergade ringen, waarop spreker thans niet meer wil ingaan. Gezien de lange wachttijd die er thans bestaat, vraagt zijn fractie zich af, welke middellange termijnplanning het gemeentebestuur heeft om adequaat te kunnen reageren op de culturele ontwikkeling van de gemeen schap. De directie van "St. Frans" heeft volgens spreker de grootste moeite om het geheel goed draaiende te houden. Hij vraagt dan ook of thans reeds bezien kan worden of de lokaliteiten die beschikbaar komen, in zijn totaliteit groot genoeg zijn om een bepaalde opvang te kunnen doen. Hij is van mening, dat deze kwestie nu beter nagegaan kan worden dan pas op het moment, dat de lokalen vrijkomen voor "St. Frans". Hij zou dan ook gaarne zien, dat het gemeentebes tuur een bepaalde planning aan de raad ter kennis brengt hoe de ontwikkeling van "St. Frans" wordt gezien. Op verzoek van de voorzitter zegt wethouder Klep, dat in november 1975 de groeinota van "St. Frans" in de raad is behandeld, waarin reeds reke ning is gehouden met de enorme groei. Het opstellen van een nieuwe nota acht spreker dan ook niet noodzakelijk. Indien de Levensschool elders in de gemeente gevestigd zal zijn, komt er ruimte vrij voor "St. Frans". Daarnaast zijn er reeds onderhandelingen gaande over de overname van de lokalen van de V.T.B. aan de Spoorlaan, als deze zich zal gaan vestigen in het nieuwe atelier. De heer Fransen merkt op, dat hij niet de groeinota heeft aangesproken doch datgene dat mede de groeinota zou kunnen beïnvloeden. Indien de lokalen van de V.T.B. betrokken zouden kunnen worden, houdt dit volgens spreker ook weer consequenties in en wel met name of de staf van "St. Frans" dit wel kan realiseren door het verspreid liggen van de gebouwen c.q. organisatorisch door de leiding niet is op te brengen. Wethouder Klep zegt, dat de staf van "St. Frans" hierbij nauw betrokken zal worden. Mevrouw Zuijdwijk merkt op, dat de klassen van de L.O.M.-school waar schijnlijk eerder ter beschikking kunnen komen dan die van de Levens - school. Wellicht bestaat de mogelijkheid om deze lokalen ter beschikking te stellen van "St. Frans", waardoor verspreiding van de school zoveel mogelijk wordt voorkomen. De voorzitter antwoordt hierop, dat het gemeentebestuur attent zal blijven op mogelijk vrijkomende lokalen ten behoeve van "St. Frans". De heer Geerts zegt, dat zijn fractie haar bezwaren, die zij vorig jaar had tegen de verhoging van de lesgelden ook ten aanzien van het onderhavige voorstel onverkort handhaaft, zodat zij zich tegen het voor stel uitspreekt. Wethouder Klep merkt op, dat de bezwaren bestonden uit de aanvaarde norm van 20-80 naar 30-70%. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens met deze aantekening, overeenkomstig het voorstel besloten. 7. Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders, met gunstig advies van de commissie voor algemene zaken, ruimtelijke ordening en coördinatie, wordt zonder hoofdelijke stemming besloten tot het vast stellen van een wijziging en aanvulling van de bestemmingbepalingen en algemene voorschriften, behorende bij het "Uitbreidingsplan in hoofdzaak der gemeente Etten-Leur". De voorzitter geeft hierbij een uitvoerige toelichting waarom tot herziening van het bestemmingsplan dient te worden overgegaan. Aan alle raadsleden is hierover nog een nadere schriftelijke toelichting uitge reikt.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1976 | | pagina 162